Arrest van het Gerecht (Eerste kamer) van 29 april 2015
Arrest van het Gerecht (Eerste kamer) van 29 april 2015
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof EU
- Datum uitspraak
- 29 april 2015
Uitspraak
Arrest van het Gerecht (Eerste kamer) van 29 april 2015 –
National Iranian Gas Company/Raad
(Zaak T‑9/13)
"Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid - Beperkende maatregelen ten aanzien van Iran ter voorkoming van nucleaire proliferatie - Bevriezing van tegoeden - Exceptie van onwettigheid - Onjuiste rechtsopvatting - Evenredigheid - Eigendomsrecht - Bevoegdheid van de Raad - Motiveringsplicht - Rechten van verdediging - Heroverweging van de vastgestelde beperkende maatregelen - Recht op een effectieve rechterlijke bescherming - Onjuiste beoordeling"
1. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen ten aanzien van IranBesluit tot bevriezing van tegoedenRechterlijke wettigheidstoetsOmvangArtikel 20, lid 1, onder c), van besluit 2010/413 en artikel 1, lid 8, van besluit 2012/635Daarvan uitgesloten [Art. 29 VEU; art. 263, vierde alinea, VWEU en 275, tweede alinea, VWEU; besluiten van de Raad 2010/413/GBVB, art. 20, lid 1, c), en 2012/635/GBVB, art. 1, lid 8] (cf. punten 27‑30)
2. Beroep tot nietigverklaringVoorwaarden voor ontvankelijkheidProcesbelangNatuurlijke personen of rechtspersonenHandelingen die hen rechtstreeks en individueel rakenBeroep gericht tegen een handeling tot invoering van beperkende maatregelen jegens de verzoekerOverheidsentiteit die zich beroept op de met de fundamentele rechten verbonden beschermingen en waarborgenVraag betreffende de gegrondheid doch niet de ontvankelijkheid van het middel (Art. 263, vierde alinea, VWEU en 275, tweede alinea, VWEU; besluit 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 945/2012 van de Raad) (cf. punten 32, 33)
3. Recht van de Europese UnieGrondrechtenPersonele werkingssfeerRechtspersonen die emanaties van derde landen zijnDaaronder begrepenVerantwoordelijkheid van de derde staat voor de eerbiediging van de fundamentele rechten op zijn eigen grondgebiedGeen invloed (Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 17, 41 en 47) (cf. punten 37, 39, 41, 42)
4. Europese UnieRechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingenBeperkende maatregelen ten aanzien van IranMaatregelen ter bestrijding van nucleaire proliferatieOmvang van het toezichtBeperkte toetsing voor de algemene regelsToetsing verruimd tot de beoordeling van de feiten en de controle van de bewijzen voor handelingen betreffende specifieke entiteiten [Art. 29 VEU; art. 215, lid 2, VWEU en 275, tweede alinea, VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; besluit 2010/413/GBVB van de Raad, art. 20, lid 1, c); verordening nr. 267/2012 van de Raad, art. 23, lid 2, d)] (cf. punten 56, 57, 148‑151)
5. Europese UnieRechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingenBeperkende maatregelen ten aanzien van IranMaatregelen ter bestrijding van nucleaire proliferatieOmvang van het toezichtBeperkte toetsing voor de algemene regelsCriteria voor het nemen van beperkende maatregelenSteun aan de Iraanse regeringOmvangEerbiediging van het rechtszekerheidsbeginsel dat vereist dat de gevolgen van rechtsregels duidelijk, nauwkeurig en voorzienbaar zijn [Besluiten van de Raad 2010/413/GBVB, art. 20, lid 1, c), 2012/35/GBVB, overweging 13, en 2012/635/GBVB, overweging 16; verordening nr. 267/2012 van de Raad, art. 23, lid 2, d)] (cf. punten 57‑62, 65‑67, 71)
6. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen ten aanzien van IranBevriezing van tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatieBeperking van het eigendomsrecht en van het recht op vrije uitoefening van een economische activiteitSchending van het evenredigheidsbeginselGeen [Besluiten van de Raad 2010/413/GBVB, art. 20, lid 1, c), 2012/35/GBVB, overweging 13, en 2012/635/GBVB, art. 1, lid 8; verordening nr. 267/2012 van de Raad, art. 23, lid 2, d)] (cf. punten 60, 74, 75, 173‑177)
7. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBesluit vastgesteld in het kader van het VEUProcedurevereisten van artikel 215, lid 2, VWEUNiet-toepasselijkheid (Art. 29 VEU; art. 215, lid 2, VWEU; besluit 2012/635/GBVB van de Raad) (cf. punten 82, 84)
8. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen ten aanzien van IranBevriezing van tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatieBevoegdheid van de Raad, inzake beperkende maatregelen op grond van artikel 215 VWEU, om gebruik te maken van de procedure van artikel 291, lid 2, VWEU (Art. 215 VWEU en 291, lid 2, VWEU; verordening nr. 267/2012 van de Raad, art. 23, lid 2) (cf. punten 88‑90)
9. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen ten aanzien van IranMaatregelen ter bestrijding van nucleaire proliferatieProcedure van opneming op de lijst van personen en entiteiten van wie de tegoeden en economische middelen worden bevrorenKeuze van de rechtsgrondslagVerordening nr. 267/2012Naleving van de in artikel 291 VWEU gestelde voorwaarden (Art. 24, lid 1, tweede alinea, VEU, 29 VEU en 31, lid 1, VEU; art. 215 VWEU en 291, lid 2, VWEU; besluit 2010/413/GBVB van de Raad, bijlage II; verordening nr. 267/2012 van de Raad, art. 23, lid 2, en 46, lid 2) (cf. punten 92‑97, 102)
10. Handelingen van de instellingenMotiveringVerplichtingOmvangBeperkende maatregelen ten aanzien van IranBevriezing van tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatieBesluit genomen in een door de belanghebbende gekende context zodat hij de strekking van de hem betreffende maatregel kan begrijpenToelaatbaarheid van een beknopte motivering (Art. 296, tweede alinea, VWEU; besluit 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 945/2012 van de Raad) (cf. punten 105‑110, 115‑120)
11. Recht van de Europese UnieBeginselenRechten van de verdedigingBeperkende maatregelen ten aanzien van IranBevriezing van tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatieRecht van toegang tot documentenRecht afhankelijk van een verzoek daartoe bij de Raad (Besluit 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 945/2012 van de Raad) (cf. punt 126)
12. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen ten aanzien van IranBevriezing van tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatieVerplichting voor de Raad om deze maatregelen regelmatig te heronderzoekenNiet-nakomingGeen invloed op de geldigheid van deze maatregelenVoorwaardenEerbiediging van de doelstelling van de heronderzoeksplicht en geen nefaste gevolgen voor de situatie van de betrokken entiteit (Besluit 2010/413/GBVB van de Raad, art. 26, lid 3; verordening nr. 267/2012 van de Raad, art. 46, lid 6) (cf. punten 133‑135, 137‑140, 142, 143)
Voorwerp
Ten eerste, verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van artikel 1, punt 8, van besluit 2012/635/GBVB van de Raad van 15 oktober 2012 houdende wijziging van besluit 2010/413/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Iran (PB L 282, blz. 58), en, ten tweede, verzoek tot nietigverklaring van besluit 2012/635, uitvoeringsverordening (EU) nr. 945/2012 van de Raad van 15 oktober 2012 houdende uitvoering van verordening (EU) nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 282, blz. 16), en het bij brief van de Raad van 14 maart 2014 meegedeelde besluit, voor zover het de opname betreft van verzoeksters naam in bijlage II bij besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2007/140/GBVB (PB L 195, blz. 39), en in bijlage IX bij verordening (EU) nr. 267/2012 van de Raad van 23 maart 2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening (EU) nr. 961/2010 (PB L 88, blz. 1)
Dictum
1) Het beroep wordt verworpen.
2) The National Iranian Gas Company wordt verwezen in de kosten.