Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 8 september 2016
Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 8 september 2016
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof EU
- Datum uitspraak
- 8 september 2016
Uitspraak
Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 8 september 2016 –
Xellia Pharmaceuticals en Alpharma/Commissie
(Zaak T‑471/13)
"Mededinging - Mededingingsregelingen - Markt van antidepressiva die het werkzame farmaceutische bestanddeel citalopram bevatten - Begrip mededingingsbeperking naar strekking - Potentiële mededinging - Generieke geneesmiddelen - Drempels voor toetreding tot de markt als gevolg van het bestaan van octrooien - Overeenkomst tussen een octrooihouder en een onderneming die actief is op het gebied van generieke geneesmiddelen - Duur van het onderzoek van de Commissie - Rechten van verdediging - Geldboeten - Rechtszekerheid - Beginsel van de legaliteit van straffen"
MededingingsregelingenAantasting van de mededingingPotentiële mededingingReële en concrete mogelijkheid voor een onderneming die op het gebied van generieke geneesmiddelen actief is om met risico tot de markt toe te treden wanneer daarop geneesmiddelen aanwezig zijn die octrooibescherming genietenOvereenkomst tussen de octrooihouder en ondernemingen die op het gebied van generieke geneesmiddelen actief zijn die deze toetreding kan verhinderenBeperking van de potentiële mededinging (Art. 101, lid 1, VWEU) (cf. punten 59‑65, 146‑148, 307, 342)
MededingingAdministratieve procedureBesluit van de Commissie tot vaststelling van een inbreukBewijs van de inbreuk en van de duur daarvan ten laste van de CommissieOmvang van de bewijslastVereiste mate van nauwkeurigheid van de door de Commissie in aanmerking genomen bewijzenSamenstel van aanwijzingenVermoeden van onschuldToepasselijkheidBewijslast van de ondernemingen die het bestaan van de inbreuk betwistenRechterlijk toezichtOmvang (Art. 101, lid 1, VWEU en 263 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 2) (cf. punten 66‑74, 111)
MededingingsregelingenAantasting van de mededingingSchikkingsovereenkomsten op octrooigebiedOvereenkomst tussen een initiërend farmaceutisch bedrijf en een onderneming die op het gebied van generieke geneesmiddelen actief isMeest rendabele of minst risicovolle oplossing voor de betrokken ondernemingenDoelstelling om te ongunstige gevolgen van rechtsregels ongedaan te makenGeen weerslag op de onrechtmatigheid van deze overeenkomsten (Art. 101, lid 1, VWEU) (cf. punten 124, 135)
MededingingsregelingenAantasting van de mededingingBeoordelingscriteriaInhoud en doel van een mededingingsregeling en economische en juridische context waarin die zich ontwikkeltOnderscheid tussen inbreuken naar strekking en inbreuken naar gevolgVoornemen van de partijen bij een overeenkomst om de mededinging te beperkenCriterium niet noodzakelijkInbreuk naar strekkingVoldoende nadelige beïnvloedingBeoordelingscriteria (Art. 101, lid 1, VWEU) (cf. punten 251‑257, 270‑273, 308, 309, 319, 326)
MededingingsregelingenVerbodInbreukenSchikkingsovereenkomsten op octrooigebiedOvereenkomst tussen een initiërend farmaceutisch bedrijf en een onderneming die op het gebied van generieke geneesmiddelen actief isBetalingen in omgekeerde richting die onevenredig zijn en gecombineerd worden met marktuitsluiting van de concurrentenOntoelaatbaarheid (Art. 101, lid 1, VWEU) (cf. punten 263, 267, 315‑317, 277, 280‑281, 308)
MededingingAdministratieve procedureVerplichtingen van de CommissieInachtneming van een redelijke termijnNietigverklaring van het besluit houdende vaststelling van een inbreuk, wegens buitensporig lange duur van de procedureVoorwaardeAantasting van de rechten van verdediging van de betrokken ondernemingenBeoordeling rekening houdend met de procedure in haar geheel (Art. 101 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 2) (cf. punten 353‑357, 364)
MededingingAdministratieve procedureEerbiediging van de rechten van verdedigingBuitensporig lange duur van de administratieve procedureVerdwijning van voor de uitoefening van de rechten van verdediging relevante bewijselementenBewijslastVerplichtingen van een zorgvuldige onderneming (Art. 101 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 2) (cf. punt 358)
MededingingAdministratieve procedureVerjaring op het gebied van geldboetenAanvangEén enkele voortdurende inbreuk (Art. 101 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 25) (cf. punt 363)
MededingingGeldboetenBedragVaststellingBeoordelingsvrijheid van de CommissieRechterlijk toezichtVolledige rechtsmacht van de UnierechterOmvangVerlaging wegens de buitensporig lange duur van de procedureAlgehele inaanmerkingneming van de omstandigheden van de zaak (Art. 101 VWEU en 261 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, leden 1 en 31) (cf. punten 373‑376)
MededingingGeldboetenBedragVaststellingBeoordelingsvrijheid van de CommissieGrenzenEerbiediging van het gelijkheidsbeginselAansprakelijkheid van moedermaatschappijen en tussenliggende moedermaatschappijen voor het gedrag van hun dochterondernemingenToepassing van het beginselGeen vergelijkbare situaties (Art. 101 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, lid 2) (cf. punten 380‑386)
MededingingRegels van de UnieInbreukenOpzettelijk of uit onachtzaamheid gemaaktBegripOnderneming die niet onwetend kan zijn van het mededingingsverstorend karakter van haar gedragOvereenkomst tussen een initiërend farmaceutisch bedrijf en een onderneming die op het gebied van generieke geneesmiddelen actief isBetalingen in omgekeerde richting die onevenredig zijn en gecombineerd worden met marktuitsluiting van de concurrentenDaaronder begrepen (Art. 101 VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; verordening nr. 1/2003 van de Commissie, art. 5 en 23, lid 2) (cf. punten 403‑405)
MededingingGeldboetenBedragVaststellingMaximumbedragBerekening aan de hand van de omzet gerealiseerd in het aan de datum van oplegging van geldboete voorafgaande boekjaar (Art. 101 VWEU; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 23, lid 2, tweede alinea) (cf. punten 447‑449, 458)
Voorwerp
Verzoek tot gedeeltelijke nietigverklaring van besluit C(2013) 3803 final van de Commissie van 19 juni 2013 inzake een procedure op grond van artikel 101 [VWEU] en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (Zaak AT/39226 – Lundbeck), en verzoek tot verlaging van de bij dat besluit aan verzoeksters opgelegde geldboete
Dictum
-
Het beroep wordt verworpen.
-
Xellia Pharmaceuticals ApS en Alpharma LLC worden verwezen in de kosten.