Home

Zaak T-662/14: Arrest van het Gerecht van 1 juni 2016 – Hongarije/Commissie [„Gemeenschappelijk landbouwbeleid — Rechtstreekse betalingen — Nadere criteria voor ecologische aandachtsgebieden voor hakhout met korte omlooptijd — Artikel 45, lid 8, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 639/2014 — Artikel 46, lid 9, onder a), van verordening (EU) nr. 1307/2013 — Misbruik van bevoegdheid — Rechtszekerheid — Non-discriminatie — Gewettigd vertrouwen — Recht op eigendom — Motiveringsplicht”]

Zaak T-662/14: Arrest van het Gerecht van 1 juni 2016 – Hongarije/Commissie [„Gemeenschappelijk landbouwbeleid — Rechtstreekse betalingen — Nadere criteria voor ecologische aandachtsgebieden voor hakhout met korte omlooptijd — Artikel 45, lid 8, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 639/2014 — Artikel 46, lid 9, onder a), van verordening (EU) nr. 1307/2013 — Misbruik van bevoegdheid — Rechtszekerheid — Non-discriminatie — Gewettigd vertrouwen — Recht op eigendom — Motiveringsplicht”]

11.7.2016

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 251/24


Arrest van het Gerecht van 1 juni 2016 – Hongarije/Commissie

(Zaak T-662/14)(1)

([„Gemeenschappelijk landbouwbeleid - Rechtstreekse betalingen - Nadere criteria voor ecologische aandachtsgebieden voor hakhout met korte omlooptijd - Artikel 45, lid 8, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 639/2014 - Artikel 46, lid 9, onder a), van verordening (EU) nr. 1307/2013 - Misbruik van bevoegdheid - Rechtszekerheid - Non-discriminatie - Gewettigd vertrouwen - Recht op eigendom - Motiveringsplicht”])

(2016/C 251/26)

Procestaal: Hongaars

Partijen

Verzoekende partij: Hongarije (vertegenwoordigers: M. Fehér en G. Koós, gemachtigden)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: H. Kranenborg, A. Sipos en G. von Rintelen, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van het volgende gedeelte van de eerste zin van artikel 45, lid 8, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 639/2014 van de Commissie van 11 maart 2014, tot aanvulling van verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot wijziging van bijlage X bij die verordening (PB L 2014, L 181, blz. 1): „door op de krachtens artikel 4, lid 2, onder c), van verordening (EU) nr. 1307/2013 vastgestelde lijst de soorten te selecteren die uit ecologisch oogpunt daarvoor het geschiktst zijn en daarbij de duidelijk niet-inheemse soorten uit te sluiten”

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

Hongarije wordt verwezen in de kosten.