Zaak T-223/14: Beroep ingesteld op 9 april 2014 — Ewald Dörken/BHIM — Schürmann (VENT ROLL)

16.6.2014

Publicatieblad van de Europese Unie

C 184/35

Beroep ingesteld op 9 april 2014 — Ewald Dörken/BHIM — Schürmann (VENT ROLL)

(Zaak T-223/14)

2014/C 184/57

Taal van het verzoekschrift: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Ewald Dörken AG (Herdecke, Duitsland) (vertegenwoordiger: N. Grüger, advocate)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

Andere partij voor de kamer van beroep: Wolfram Schürmann (Neuhausen, Zwitserland)

Conclusies

—

de beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 30 januari 2014 in zaak R 2156/2012-4 vernietigen en de bestreden beslissing aldus wijzigen dat de vordering tot nietigverklaring in haar geheel wordt afgewezen;

—

subsidiair, de beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 30 januari 2014 in zaak R 2156/2012-4 vernietigen met betrekking tot de waren van klasse 6: „metalen banen voor de bouw” en klasse 17: „onderspanbanen” en de bestreden beslissing aldus wijzigen dat de vordering tot nietigverklaring met betrekking tot deze waren wordt afgewezen;

—	verweerder verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Ingeschreven gemeenschapsmerk waarvan nietigverklaring wordt gevorderd: woordmerk „VENT ROLL” voor waren van de klassen 6, 17 en 19 — gemeenschapsmerk nr. 3 817 491

Houder van het gemeenschapsmerk: verzoekster

Partij die nietigverklaring van het gemeenschapsmerk vordert: Wolfram Schürmann

Motivering van de vordering tot nietigverklaring: absolute nietigheidsgronden overeenkomstig artikel 52, lid 1, sub a, juncto artikel 7, lid 1, sub b en c, van verordening nr. 207/2009, kwade trouw in de zin van artikel 52, lid 1, sub b, van verordening nr. 207/2009, alsook relatieve nietigheidsgrond inzake het zonder toestemming door de gemachtigde ingeschreven merk overeenkomstig artikel 53, lid 1, sub b, van verordening nr. 207/2009

Beslissing van de nietigheidsafdeling: toewijzing van de vordering tot nietigverklaring

Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep

Aangevoerde middelen:

—	schending van artikel 52, lid 1, junctis artikel 7, lid 1, sub b, en artikel 7, lid 2, van verordening nr. 207/2009;

—	schending van artikel 52, lid 1, junctis artikel 7, lid 1, sub c, en artikel 7, lid 2, van verordening nr. 207/2009;

—	schending van artikel 76, lid 2, van verordening nr. 207/2009, juncto regel 40, lid 3, van verordening nr. 2868/95;

—	schending van de artikelen 76 en 78 van verordening nr. 207/2009 en regel 37, sub b, punt iv, en regel 57 van verordening nr. 2868/95;

—	schending van artikel 76, lid 1, van verordening nr. 207/2009 juncto regel 37, sub a, punt iii, van verordening nr. 2868/95 juncto artikel 83 van verordening nr. 207/2009;

—	schending van artikel 76, lid 1, van verordening nr. 207/2009 juncto regel 37, sub a, punt iii, en sub b, punt i, van verordening nr. 2868/95;