Home

Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 7 april 2016.#Central Bank of Iran tegen Raad van de Europese Unie.#Hogere voorziening – Beperkende maatregelen tegen de Islamitische Republiek Iran – Lijst van personen en entiteiten waarvan de tegoeden en economische middelen worden bevroren – Criterium van materiële, logistieke of financiële steun aan de Iraanse regering – Financiële diensten van een centrale bank.#Zaak C-266/15 P.

Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 7 april 2016.#Central Bank of Iran tegen Raad van de Europese Unie.#Hogere voorziening – Beperkende maatregelen tegen de Islamitische Republiek Iran – Lijst van personen en entiteiten waarvan de tegoeden en economische middelen worden bevroren – Criterium van materiële, logistieke of financiële steun aan de Iraanse regering – Financiële diensten van een centrale bank.#Zaak C-266/15 P.

Zaak C‑266/15 P

Central Bank of Iran

tegen

Raad van de Europese Unie

„Hogere voorziening — Beperkende maatregelen tegen de Islamitische Republiek Iran — Lijst van personen en entiteiten waarvan de tegoeden en economische middelen worden bevroren — Criterium van materiële, logistieke of financiële steun aan de Iraanse regering — Financiële diensten van een centrale bank”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 7 april 2016

  1. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen tegen Iran — Bevriezing van de tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatie — Motiveringsplicht — Besluit genomen in een door de betrokkene gekende context zodat deze de hem betreffende maatregel kan begrijpen — Toereikende motivering

    (Art. 296 VWEU; besluit 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 945/2012 van de Raad)

  2. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen tegen Iran — Bevriezing van de tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatie — Rechten van de verdediging — Mededeling van de bezwarende elementen — Navolgend besluit waarbij verzoekers naam wordt gehandhaafd op de lijst van personen die onder deze maatregelen vallen — Voorafgaande mededeling van een nieuwe reden in een door de betrokkene gekende context — Geen uitdrukkelijke motivering betreffende deze nieuwe reden — Schending van het recht om te worden gehoord — Geen

    (Besluit 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 945/2012 van de Raad)

  3. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen tegen Iran — Bevriezing van de tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatie — Ondersteuning van proliferatiegevoelige nucleaire activiteiten van Iran — Begrip — Materiële, logistieke of financiële steun — Financiële diensten van een centrale bank — Daaronder begrepen

    (Besluiten 2010/413/GBVB en 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 267/2012 van de Raad)

  4. Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Beperkende maatregelen tegen Iran — Bevriezing van de tegoeden van personen, entiteiten of lichamen die zich bezighouden met of medewerking verlenen aan nucleaire proliferatie — Aantasting van het eigendomsrecht en van de goede naam — Schending van het evenredigheidsbeginsel — Geen

    (Besluit 2012/635/GBVB van de Raad; verordening nr. 267/2012 van de Raad)

  1. Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punten 24‑26)

  2. Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punten 32‑38)

  3. Het criterium van „steun aan de Iraanse regering” zoals neergelegd in artikel 20, lid 1, onder c), van besluit 2010/413 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2007/140, zoals gewijzigd bij besluit 2012/635, en in artikel 23, lid 2, onder d), van verordening nr. 267/2012 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening nr. 961/2010, heeft betrekking op steun die materieel, logistiek of financieel kan zijn.

    Dit criterium werd toegevoegd met het oog op activiteiten van de betrokken persoon of entiteit die weliswaar op zichzelf geen rechtstreeks of indirect verband houden met nucleaire proliferatie, maar de ontwikkeling daarvan kunnen bevorderen, doordat daarbij middelen of faciliteiten van materiële, logistieke of financiële aard aan de Iraanse regering worden verstrekt die deze in staat stellen de proliferatie voort te zetten.

    De centrale bank van Iran verstrekt dus zowel materiële, logistieke als financiële steun aan die staat, en dus steun aan de Iraanse regering, die deze in staat stelt de proliferatie voort te zetten, wanneer zij ten behoeve van deze regering financiële diensten verricht zoals het aanhouden van rekeningen, de uitvoering en het sluiten van financiële transacties of de aan- en verkoop van obligaties.

    (cf. punten 43‑45)

  4. Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punt 53)