Home

Beschikking van het Hof (Tiende kamer) van 18 februari 2016.#Ovidiu Rîpanu tegen Compania Națională Loteria Română SA.#Prejudiciële verwijzing – Artikel 53, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Recht op een eerlijk proces – Beslissing van een grondwettelijk hof – Verbindend – Bekendmaking in het publicatieblad van de betrokken lidstaat – Geen opschortende werking tussen de uitspraak en de bekendmaking – Tenuitvoerbrenging van het Unierecht – Geen – Kennelijke onbevoegdheid van het Hof.#Zaak C-407/15.

Beschikking van het Hof (Tiende kamer) van 18 februari 2016.#Ovidiu Rîpanu tegen Compania Națională Loteria Română SA.#Prejudiciële verwijzing – Artikel 53, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Recht op een eerlijk proces – Beslissing van een grondwettelijk hof – Verbindend – Bekendmaking in het publicatieblad van de betrokken lidstaat – Geen opschortende werking tussen de uitspraak en de bekendmaking – Tenuitvoerbrenging van het Unierecht – Geen – Kennelijke onbevoegdheid van het Hof.#Zaak C-407/15.

Beschikking van het Hof (Tiende kamer) van 18 februari 2016 – Rîpanu

(Zaak C‑407/15)

„Prejudiciële verwijzing — Artikel 53, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof — Handvest van de grondrechten van de Europese Unie — Recht op een eerlijk proces — Beslissing van een grondwettelijk hof — Verbindend — Bekendmaking in het publicatieblad van de betrokken lidstaat — Geen opschortende werking tussen de uitspraak en de bekendmaking — Tenuitvoerbrenging van het Unierecht — Geen — Kennelijke onbevoegdheid van het Hof”

Prejudiciële vragen — Bevoegdheid van het Hof — Grenzen — Verzoek tot uitlegging van het Handvest van de grondrechten van de Unie — Nationale regeling die geen maatregel vormt die het recht van de Unie ten uitvoer brengt, of niet op andere wijze bij dit recht aanknoopt — Kennelijke onbevoegdheid van het Hof (Art. 6, lid 1, VEU; art. 267 VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 51, leden 1 en 2; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 53, lid 2) (cf. punten 16, 19‑23 en dictum)

Dictum

Het Hof van Justitie van de Europese Unie is kennelijk onbevoegd om te antwoorden op de vraag die de Curte de Apel Bacău (hof van beroep Bacău, Roemenië) bij beslissing van 18 mei 2015 heeft voorgelegd.