Home

Zaak T-602/15: Beroep ingesteld op 23 oktober 2015 — Jenkinson/Raad e.a.

Zaak T-602/15: Beroep ingesteld op 23 oktober 2015 — Jenkinson/Raad e.a.

7.3.2016

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 90/17


Beroep ingesteld op 23 oktober 2015 — Jenkinson/Raad e.a.

(Zaak T-602/15)

(2016/C 090/25)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Liam Jenkinson (Keery, Ierland) (vertegenwoordigers: N. de Montigny en J. N. Louis, advocaten)

Verwerende partijen: Raad van de Europese Unie, Europese Commissie, Europese Dienst voor extern optreden (EDEO), en Gemeenschappelijk optreden van de Europese Unie „Eulex Kosovo”

Conclusies

Primair:

– 1.

Met betrekking tot de rechten die uit de privaatrechtelijke overeenkomst voortvloeien:

de contractuele verhouding herkwalificeren als een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd;

vaststellen dat verweerders hun contractuele verplichtingen niet zijn nagekomen, met name doordat zij geen opzeggingstermijn in acht hebben genomen bij de beëindiging van een overeenkomst voor onbepaalde tijd;

Bijgevolg ter compensatie van de schade die verzoeker heeft geleden doordat verweerders ten eerste misbruik hebben gemaakt van opeenvolgende arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd, zodat verzoeker aanhoudend in onzekerheid heeft verkeerd, en ten tweede geen opzeggingstermijn in acht hebben genomen bij de beëindiging van de overeenkomst:

verweerders veroordelen om verzoeker een opzeggingsvergoeding van 176 601,55 EUR te betalen, welk bedrag is berekend op basis van verzoekers diensttijd bij de door de Europese Unie ingestelde missies;

subsidiair, verweerders veroordelen om verzoeker een opzeggingsvergoeding van 45 985,15 EUR te betalen, welk bedrag is berekend op basis van verzoekers diensttijd bij vierde verweerder;

voor recht verklaren dat verzoekers ontslag misbruik oplevert en verweerders bijgevolg veroordelen tot betaling van een vergoeding, ex aequo et bono begroot op 50 000 EUR;

vaststellen dat verweerders de krachtens de wet bij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst vereiste sociale documenten niet hebben opgesteld en

hen veroordelen om verzoeker een bedrag van 100 EUR te betalen per dag vertraging vanaf de instelling van het onderhavige beroep;

hun gelasten om verzoeker bovengenoemde sociale documenten te doen toekomen;

verweerders veroordelen om over bovengenoemde bedragen tegen de Belgische wettelijke rentevoet rente te betalen.

– 2.

Met betrekking tot het misbruik van bevoegdheid en de discriminatie:

voor recht verklaren dat de eerste drie verweerders verzoeker tijdens zijn diensttijd in het kader van de door hen ingestelde missies hebben gediscrimineerd met betrekking tot zijn loon, zijn pensioenrechten en zijn daarmee verband houdende voordelen, alsook met betrekking tot de zekerheid van een toekomstige betrekking, zonder dat daarvoor een objectieve rechtvaardiging bestond;

vaststellen dat verzoeker door een van de eerste drie verweerders in dienst had moeten worden genomen als tijdelijke functionaris;

de eerste drie verweerders veroordelen tot schadeloosstelling voor het loon, de pensioenrechten, de vergoedingen en de voordelen die verzoeker heeft gederfd ten gevolge van bovengenoemde schendingen van het Unierecht;

hen veroordelen om verzoeker de tegen de Belgische wettelijke rentevoet berekende rente over deze bedragen te betalen;

partijen een termijn stellen om deze schadevergoeding te bepalen en hen gelasten daarbij rekening te houden met de rang en de salaristrap waarin verzoeker in dienst had moeten worden genomen, met de gemiddelde loonevolutie, met het verloop van zijn loopbaan, en met de uitkeringen die hij op grond van deze overeenkomst van tijdelijke functionaris had moeten ontvangen; de verkregen resultaten vervolgens vergelijken met het loon dat verzoeker daadwerkelijk heeft ontvangen.

Subsidiair:

vaststellen dat verweerders hun verplichtingen niet zijn nagekomen;

hen veroordelen tot schadeloosstelling voor de door verzoeker ten gevolge van deze niet-nakoming geleden schade, die ex aequo et bono wordt geraamd op 150 000 EUR.

Hoe dan ook verweerders verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van zijn beroep voert verzoeker acht middelen aan.

1.

Eerste middel: rechtsmisbruik doordat verweerders gebruik hebben gemaakt van opeenvolgende overeenkomsten voor bepaalde tijd, en schending door verweerders van het evenredigheidsbeginsel.

2.

Tweede middel: schending door verweerders van de regels inzake de bescherming van werknemers bij een collectief ontslag.

3.

Derde middel: schending door verweerders van het gelijkheidsbeginsel en van het beginsel van non-discriminatie.

4.

Vierde middel: schending door verweerders van verzoekers recht om te worden gehoord.

5.

Vijfde middel: door verweerders teweeggebrachte rechtsonzekerheid voor verzoeker en schending door verweerders van het recht op behoorlijk bestuur.

6.

Zesde middel: schending door verweerders van het beginsel dat de vertegenwoordigers van het personeel moeten worden geraadpleegd.

7.

Zevende middel: schending door verweerders van de Europese code van goed administratief gedrag.

8.

Achtste middel: schending door verweerders van het recht op vrij verkeer van werknemers.