Home

Zaak C-771/18: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 16 juli 2020 — Europese Commissie / Hongarije [Niet-nakoming – Interne markt voor elektriciteit en aardgas – Elektriciteits- en aardgastransmissiesystemen – Voorwaarden voor toegang – Verordening (EG) nr. 714/2009 – Artikel 14, lid 1 – Verordening (EG) nr. 715/2009 – Artikel 13, lid 1 – Kosten – Vaststelling van de tarieven voor nettoegang – Richtlijn 2009/72/EG – Artikel 37, lid 17 – Richtlijn 2009/73/EG – Artikel 41, lid 17 – Nationale rechtsmiddelen – Beginsel van effectieve rechterlijke bescherming]

Zaak C-771/18: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 16 juli 2020 — Europese Commissie / Hongarije [Niet-nakoming – Interne markt voor elektriciteit en aardgas – Elektriciteits- en aardgastransmissiesystemen – Voorwaarden voor toegang – Verordening (EG) nr. 714/2009 – Artikel 14, lid 1 – Verordening (EG) nr. 715/2009 – Artikel 13, lid 1 – Kosten – Vaststelling van de tarieven voor nettoegang – Richtlijn 2009/72/EG – Artikel 37, lid 17 – Richtlijn 2009/73/EG – Artikel 41, lid 17 – Nationale rechtsmiddelen – Beginsel van effectieve rechterlijke bescherming]

7.9.2020

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 297/10


Arrest van het Hof (Negende kamer) van 16 juli 2020 — Europese Commissie / Hongarije

(Zaak C-771/18) (1)

(Niet-nakoming - Interne markt voor elektriciteit en aardgas - Elektriciteits- en aardgastransmissiesystemen - Voorwaarden voor toegang - Verordening (EG) nr. 714/2009 - Artikel 14, lid 1 - Verordening (EG) nr. 715/2009 - Artikel 13, lid 1 - Kosten - Vaststelling van de tarieven voor nettoegang - Richtlijn 2009/72/EG - Artikel 37, lid 17 - Richtlijn 2009/73/EG - Artikel 41, lid 17 - Nationale rechtsmiddelen - Beginsel van effectieve rechterlijke bescherming)

(2020/C 297/13)

Procestaal: Hongaars

Partijen

Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: O. Beynet en K. Talabér-Ritz, gemachtigden)

Verwerende partij: Hongarije (vertegenwoordigers: aanvankelijk M. Z. Fehér en Z. Wagner, vervolgens M. Z. Fehér, gemachtigde)

Dictum

1)

Hongarije is, door geen doeltreffende voorziening in rechte te waarborgen tegen de regelingen van de nationale regulerende instantie waarbij de tarieven voor nettoegang worden vastgesteld, zijn verplichtingen krachtens artikel 37, lid 17, van richtlijn 2009/72 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG en artikel 41, lid 17, van richtlijn 2009/73 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en tot intrekking van richtlijn 2003/55/EG, niet nagekomen.

2)

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

3)

De Europese Commissie en Hongarije dragen ieder hun eigen kosten.


(1)PB C 139 van 15.04.2019.