Zaak C-52/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Norderstedt (Duitsland) op 29 januari 2018 — Christian Fülla / Toolport GmbH
Zaak C-52/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Norderstedt (Duitsland) op 29 januari 2018 — Christian Fülla / Toolport GmbH
30.4.2018 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 152/7 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Amtsgericht Norderstedt (Duitsland) op 29 januari 2018 — Christian Fülla / Toolport GmbH
(Zaak C-52/18)
(2018/C 152/09)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Amtsgericht Norderstedt
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Christian Fülla
Verwerende partij: Toolport GmbH
Prejudiciële vragen
1) | Moet artikel 3, lid 3, derde alinea, van richtlijn 1999/44/EG(1) aldus worden uitgelegd dat een consument een op afstand gekocht consumptiegoed altijd uitsluitend aan de ondernemer mag aanbieden op de plaats waar het goed zich bevindt, teneinde de ondernemer in staat te stellen het consumptiegoed te herstellen of te vervangen? |
2) | Zo nee: Moet artikel 3, lid 3, derde alinea, van richtlijn 1999/44/EG aldus worden uitgelegd dat een consument een op afstand gekocht consumptiegoed altijd moet aanbieden op de plaats waar de ondernemer is gevestigd, teneinde deze in staat te stellen het consumptiegoed te herstellen of te vervangen? |
3) | Zo nee: Welke criteria kunnen aan artikel 3, lid 3, derde alinea, van richtlijn 1999/44/EG worden ontleend om te bepalen op welke plaats de consument een op afstand gekocht consumptiegoed aan de ondernemer moet aanbieden teneinde deze in staat te stellen het consumptiegoed te herstellen of te vervangen? |
4) | Indien de plaats waar de consument een op afstand gekocht consumptiegoed aan de ondernemer moet aanbieden teneinde deze in staat te stellen het consumptiegoed te onderzoeken en alsnog een nakoming te verzekeren — altijd of in het onderhavige geval — de plaats is waar de ondernemer is gevestigd, is het dan verenigbaar met artikel 3, lid 3, eerste alinea, juncto artikel 3, lid 4, van richtlijn 1999/44/EG, dat de consument de kosten van het vervoer heen en terug moet voorschieten, of volgt uit de verplichting tot „kostelo[os][…] herstel” dat de verkoper deze kosten dient voor te schieten? |
5) | Indien de plaats waar de consument een op afstand gekocht consumptiegoed aan de ondernemer moet aanbieden teneinde deze in staat te stellen het consumptiegoed te onderzoeken en alsnog een nakoming te verzekeren — altijd of in het onderhavige geval — de vestigingsplaats van de ondernemer is en een verplichting van de consument tot het voorschieten van de kosten verenigbaar is met artikel 3, lid 3, eerste alinea, juncto artikel 3, lid 4, van richtlijn 1999/44/EG, moet dan het bepaalde in artikel 3, lid 3, derde alinea, juncto artikel 3, lid 5, tweede gedachtestreepje, van richtlijn 1999/44/EG aldus worden uitgelegd dat een consument niet het recht heeft om de overeenkomst te ontbinden, indien hij de ondernemer weliswaar in kennis heeft gesteld van het gebrek doch zonder aan te bieden het consumptiegoed te vervoeren naar de plaats waar de ondernemer is gevestigd? |
6) | Indien de plaats waar de consument een op afstand gekocht consumptiegoed aan de ondernemer moet aanbieden teneinde deze in staat te stellen het consumptiegoed te onderzoeken en alsnog een nakoming te verzekeren — altijd of in het onderhavige geval — de vestigingsplaats van de ondernemer is, doch een verplichting van de consument tot het voorschieten van de kosten niet verenigbaar is met artikel 3, lid 3, eerste alinea, juncto artikel 3, lid 4, van richtlijn 1999/44/EG, moet dan het bepaalde in artikel 3, lid 3, derde alinea, juncto artikel 3, lid 5, tweede gedachtestreepje, van richtlijn 1999/44/EG aldus worden uitgelegd dat een consument niet het recht heeft om de overeenkomst te ontbinden, indien hij de ondernemer weliswaar in kennis heeft gesteld van het gebrek doch zonder aan te bieden het consumptiegoed te vervoeren naar de plaats waar de ondernemer is gevestigd? |