Arrest van het Gerecht (Tiende kamer) van 11 februari 2020
Arrest van het Gerecht (Tiende kamer) van 11 februari 2020
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof EU
- Datum uitspraak
- 11 februari 2020
Uitspraak
Arrest van het Gerecht (Tiende kamer) van 11 februari 2020 –
Dalasa/EUIPO – Charité – Universitätsmedizin Berlijn (charantea)
(Zaak T‑733/18)
"„Uniemerk - Oppositieprocedure - Aanvraag voor Uniebeeldmerk charantea - Ouder Uniebeeldmerk CHARITÉ - Relatieve weigeringsgrond - Geen verwarringsgevaar - Artikel 8, lid 1, onder b), van verordening (EU) 2017/1001”"
1. UniemerkDefinitie en verkrijging van het UniemerkRelatieve weigeringsgrondenOppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of dienstenGevaar voor verwarring met het oudere merkBeoordelingscriteria
[Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punten 14, 15, 74, 75)
2. UniemerkDefinitie en verkrijging van het UniemerkRelatieve weigeringsgrondenOppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of dienstenGevaar voor verwarring met het oudere merkWeigering van inschrijving wegens het bestaan van een zelfs tot een deel van de Unie beperkte relatieve weigeringsgrond
[Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punt 16)
3. UniemerkDefinitie en verkrijging van het UniemerkRelatieve weigeringsgrondenOppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of dienstenGevaar voor verwarring met het oudere merkBeoordeling van het verwarringsgevaarBepaling van het relevante publiekAandachtsniveau van het publiek
[Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punt 17)
4. UniemerkDefinitie en verkrijging van het UniemerkRelatieve weigeringsgrondenOppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of dienstenSoortgelijkheid van de betrokken waren of dienstenBeoordelingscriteriaComplementariteit van de waren of diensten
[Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punten 23, 24, 28)
5. UniemerkDefinitie en verkrijging van het UniemerkRelatieve weigeringsgrondenOppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of dienstenOvereenstemming van de betrokken merkenBeoordelingscriteriaSamengesteld merk
[Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punten 31‑33)
6. UniemerkDefinitie en verkrijging van het UniemerkRelatieve weigeringsgrondenOppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of dienstenGevaar voor verwarring met het oudere merkBeeldmerken charantea en CHARITÉ
[Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 8, lid 1, b)]
(zie punten 51‑54, 65, 73, 82‑85)
7. UniemerkBeroepsprocedureBeroep bij de UnierechterBevoegdheid van het GerechtBevel gericht tot het BureauDaarvan uitgesloten
(Verordening 2017/1001 van het Europees Parlement en de Raad, art. 72, lid 6)
(zie punt 88)
Voorwerp
Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het EUIPO van 15 oktober 2018 (zaak R 540/2018‑4) inzake een oppositieprocedure tussen Charité en Dalasa
Dictum
1) De beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (EUIPO) van 15 oktober 2018 (zaak R 540/2018‑4) wordt vernietigd.
2) Het EUIPO wordt verwezen in zijn eigen kosten alsmede in de kosten die Dalasa Handelsgesellschaft mbH heeft gemaakt in de procedure voor het Gerecht.
3) Charité – Universitätsmedizin Berlin, Gliedkörperschaft Öffentlichen Rechts wordt verwezen in haar eigen kosten van de procedure voor het Gerecht.
4) Het beroep wordt verworpen voor het overige.