Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 3 februari 2021
Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 3 februari 2021
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof EU
- Datum uitspraak
- 3 februari 2021
Uitspraak
Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 3 februari 2021 – Ruhorimbere/Raad
(zaak T‑121/19)
"„ Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid - Beperkende maatregelen met het oog op de situatie in de Democratische Republiek Congo - Bevriezing van tegoeden - Handhaving van verzoekers naam op de lijst van betrokken personen - Motiveringsplicht - Recht om te worden gehoord - Bewijs van de gegrondheid van de plaatsing en de handhaving op de lijsten - Kennelijke beoordelingsfout - Voortbestaan van de feitelijke en juridische omstandigheden die tot de vaststelling van de beperkende maatregelen hebben geleid - Recht op eerbiediging van het privéleven, het familie- en gezinsleven - Vermoeden van onschuld - Evenredigheid - Exceptie van onwettigheid ”"
Handelingen van de instellingenMotiveringVerplichtingOmvangBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoBevriezing van de tegoeden van personen die de rechtsstaat ondermijnen of die betrokken zijn bij het plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhoudenMinimumvereisten
[Art. 296, tweede alinea, VWEU; verordening nr. 1183/2005 van de Raad, art. 9, lid 3; besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, art. 7, lid 2]
(zie punten 51‑56)
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoBevriezing van de tegoeden van personen die de rechtsstaat ondermijnen of die betrokken zijn bij het plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhoudenVerplichting om in de motivering de individuele en specifieke redenen voor dergelijke maatregelen op te gevenBesluit genomen in een door de belanghebbende gekende context zodat deze de draagwijdte van de hem betreffende maatregel kan begrijpen
[Art. 296 VWEU; besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, bijlage II; verordening nr. 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 52, 59‑64)
Recht van de Europese UnieBeginselenRechten van de verdedigingRecht op effectieve rechterlijke beschermingBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoBevriezing van de tegoeden van personen die de rechtsstaat ondermijnen of die betrokken zijn bij het plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhoudenVerplichting om de individuele en specifieke redenen voor de genomen besluiten mee te delenVerplichting om de betrokkene in staat te stellen zijn standpunt over de tegen hem in aanmerking genomen redenen naar behoren kenbaar te makenOmvang
[Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 2, a); besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, bijlage II; verordening 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 69‑71)
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoBevriezing van tegoedenRechten van de verdedigingMededeling van de bezwarende elementenNavolgend besluit waarbij verzoekers naam wordt gehandhaafd op de lijst van personen die onder deze maatregelen vallenGeen nieuwe redenenSchending van het recht om te worden gehoordGeen
[Besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, art. 9, lid 2, en bijlage II; verordening 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 72‑74, 78‑80, 89‑91)
Europese UnieRechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingenVerordening houdende vaststelling van beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in de Democratische Republiek CongoOmvang van het toezicht
[Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, art. 9, lid 2, en bijlage II; verordening nr. 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 98‑100, 124)
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoBevriezing van de tegoeden van personen die de rechtsstaat ondermijnen of die betrokken zijn bij het plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhoudenCriteriaFuncties die de verantwoordelijkheid voor de onderdrukking van de burgerbevolking of de eerbiediging van de rechtsstaat met zich meebrengenBeoordelingsfoutGeen
[Besluit 2010/788/PESC van de Raad, zoals gewijzigd bij besluiten (GBVB) 2016/2231 en (GBVB) 2018/1940, bijlage II; verordening 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 101, 107, 114‑118, 136‑139)
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoWerkingssfeerPersonen die betrokken zijn geweest bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen die ernstige schendingen of misbruik van de mensenrechten inhoudenBegripPersonen die dergelijke handelingen in het verleden hebben gepleegd, ondanks het feit dat er geen bewijs is dat zij thans bij dergelijke handelingen zijn betrokken of eraan deelnemenDaaronder begrepen
[Besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2016/2231, art. 9, lid 2]
(zie punten 130, 131)
Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleidBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoVerbod van binnenkomst en doorreis voor personen die de rechtsstaat ondermijnen of die betrokken zijn bij het plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhouden en bevriezing van de tegoeden van die personenBeperking van het recht op eerbiediging van het privéleven en van het familie- en gezinslevenSchending van het evenredigheidsbeginselGeen
[Art. 21, lid 2, b) en c), en 29 VEU; art. 215, lid 2, VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 7 en 52, lid 1; besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, art. 4, leden 1, 2 en 7, en bijlage II; verordening 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 146‑157)
Recht van de Europese UnieBeginselenGrondrechtenVermoeden van onschuldBesluit tot bevriezing van de tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in het licht van de situatie in de Democratische Republiek CongoVerenigbaarheid met dat beginselVoorwaarden
[Art. 29 VEU; art. 215, lid 2, VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 48, lid 1; verordening nr. 1183/2005 van de Raad; besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, art. 5, lid 1, en art. 9; verordening 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 158‑165)
Europese UnieRechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingenBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoOmvang van het toezichtBeperkt toezicht voor de algemene regelsCriteria voor vaststelling van de beperkende maatregelenBetrokkenheid bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhoudenDraagwijdteEerbiediging van het rechtszekerheidsbeginsel dat vereist dat de gevolgen van rechtsregels duidelijk, nauwkeurig en voorzienbaar zijn
[Art. 3, lid 5, en 21, lid 2, b) en c), VEU; art. 275, tweede alinea, VWEU; besluiten van de Raad 2010/788/GBVB, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB° 2018/1940, art. 3, lid 2, b), en besluit (GBVB) 2016/2231, overwegingen 3 en 4; verordening nr. 1183/2005 van de Raad]
(zie punten 175, 176, 178‑185)
Europese UnieRechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingenBeperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek CongoOmvang van het toezichtBeperkt toezicht voor de algemene regelsCriteria voor vaststelling van de beperkende maatregelenBetrokkenheid bij het beramen, aansturen of plegen van handelingen die ernstige schendingen van de mensenrechten inhoudenDraagwijdteEerbiediging van het evenredigheidsbeginsel
[Art. 275, tweede alinea, VWEU; besluit 2010/788/GBVB van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2018/1940, art. 3, lid 2, en art. 5, lid 5; verordening 2018/1931 van de Raad, bijlage]
(zie punten 175, 176, 189‑193)
Voorwerp
Verzoek krachtens artikel 263 VWEU strekkende tot nietigverklaring van, ten eerste, besluit (GBVB) 2018/1940 van de Raad van 10 december 2018 tot wijziging van besluit 2010/788/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek Congo (PB 2018, L 314, blz. 47), en, ten tweede, uitvoeringsverordening (EU) 2018/1931 van de Raad van 10 december 2018 tot uitvoering van artikel 9 van verordening (EG) nr. 1183/2005 tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo (PB 2018, L 314, blz. 1), voor zover die handelingen verzoeker betreffen
Dictum
Het beroep wordt verworpen.
Éric Ruhorimbere wordt verwezen in de kosten.