Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 1 juli 2021
Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 1 juli 2021
Gegevens
- Instantie
- Hof van Justitie EU
- Datum uitspraak
- 1 juli 2021
Uitspraak
Beschikking van het Hof (Zesde kamer) van 1 juli 2021 –
Tolnatext
(Zaak C‑636/20)(*)
"„Prejudiciële verwijzing - Douanewetboek van de Unie - Artikel 22, lid 6 - Artikel 29 - Recht om te worden gehoord - Ambtshalve ingeleide procedure - Artikel 53, lid 2, en artikel 94 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Ontbreken van nauwkeurige redenen die de noodzaak rechtvaardigen van een antwoord op de prejudiciële vraag met het oog op de beslechting van het geschil in het hoofdgeding - Kennelijke niet-ontvankelijkheid van het verzoek om een prejudiciële beslissing”"
Prejudiciële vragenOntvankelijkheidVerzoek waarin de redenen voor verwijzing naar het Hof niet zijn uiteengezetKennelijke niet-ontvankelijkheid
[Art. 267 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 23; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 53, lid 2, en 94, c)]
(zie punten 18‑20, 23, 24 en dictum)
Dictum
Het door de Pécsi Törvényszék (rechter voor de agglomeratie Pécs, Hongarije) bij beslissing van 30 oktober 2020 ingediende verzoek om een prejudiciële beslissing is kennelijk niet-ontvankelijk.