Zaak T-389/20: Arrest van het Gerecht van 14 juli 2021 — KO / Commissie (“Openbare dienst – Tijdelijk functionarissen – Bezoldiging – Ontheemdingstoelage – Artikel 4, lid 1, onder a), van bijlage VII bij het Statuut – Weigering om de ontheemdingstoelage toe te kennen – Gewone verblijfplaats – Proeftijd”)
Zaak T-389/20: Arrest van het Gerecht van 14 juli 2021 — KO / Commissie (“Openbare dienst – Tijdelijk functionarissen – Bezoldiging – Ontheemdingstoelage – Artikel 4, lid 1, onder a), van bijlage VII bij het Statuut – Weigering om de ontheemdingstoelage toe te kennen – Gewone verblijfplaats – Proeftijd”)
30.8.2021 | NL | Publicatieblad van de Europese Unie | C 349/35 |
Arrest van het Gerecht van 14 juli 2021 — KO / Commissie
(Zaak T-389/20) (1)
(“Openbare dienst - Tijdelijk functionarissen - Bezoldiging - Ontheemdingstoelage - Artikel 4, lid 1, onder a), van bijlage VII bij het Statuut - Weigering om de ontheemdingstoelage toe te kennen - Gewone verblijfplaats - Proeftijd”)
(2021/C 349/48)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: KO (vertegenwoordigers: S. Rodrigues en A. Champetier, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: T. Bohr en A.-C. Simon, gemachtigden)
Voorwerp
Verzoek krachtens artikel 270 VWEU tot nietigverklaring van het besluit van het Bureau voor het beheer en de afwikkeling van de individuele rechten (PMO) van de Commissie van 18 oktober 2019 houdende weigering om verzoekster de ontheemdingstoelage toe te kennen
Dictum
1) | Het beroep wordt verworpen. |
2) | KO wordt verwezen in de kosten. |