Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 30 juni 2021
Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 30 juni 2021
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof EU
- Datum uitspraak
- 30 juni 2021
Uitspraak
Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 30 juni 2021 –
Mélin/Parlement
(Zaak T‑51/20)
"„Institutioneel recht - Regeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het Parlement - Vergoeding voor parlementaire medewerkers - Terugvordering van ten onrechte betaalde bedragen - Exceptie van onwettigheid - Rechten van de verdediging - Dwaling omtrent feiten”"
1. Recht van de Europese UnieBeginselenRechtszekerheidUnieregelingVereisten van duidelijkheid en voorzienbaarheidGebruik van onbepaalde juridische begrippen die moeten worden uitgelegd en toegepast door de administratieToelaatbaarheid
(zie punten 32‑35)
2. Recht van de Europese UnieBeginselenBescherming van het gewettigd vertrouwenVoorwaardenNauwkeurige toezeggingen van de administratieBegrip
(zie punt 36)
3. Europees ParlementLedenKosten en vergoedingenVergoeding voor parlementaire medewerkersControle op het gebruik van de vergoedingen voor parlementaire medewerkersBewijslast
(Besluit van het bureau van het Europees Parlement houdende de uitvoeringsbepalingen van het statuut van de leden van het Europees Parlement, art. 33, leden 1 en 2)
(zie punten 41, 42)
4. Europees ParlementLedenKosten en vergoedingenVergoeding voor parlementaire medewerkersVergoeding van kosten die geen verband houden met de uitoefening van het parlementaire mandaatUitgesloten
(Besluit van het bureau van het Europees Parlement houdende de uitvoeringsbepalingen van het statuut van de leden van het Europees Parlement, art. 33, lid 2)
(zie punt 46)
5. Europees ParlementRegeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het Europees ParlementVergoeding voor parlementaire medewerkersDerdebetalende belast met het beheer van de betaalde bedragenOntbreken van stukken die bewijzen dat de bedragen correct zijn besteedVerplichting tot terugbetalingBewijslast in geval van betwisting voor de Unierechter
(zie punten 52, 53)
6. Beroep tot nietigverklaringArrest houdende nietigverklaringGevolgenVerplichting om uitvoeringsmaatregelen vast te stellenOmvang
(Art. 266 VWEU)
(zie punten 69‑71)
7. Europees ParlementRegeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het ParlementVergoeding voor parlementaire medewerkersBesluit tot terugvordering van ten onrechte betaalde bedragenMotiveringsplichtGeen mededeling van de bijlage bij dat besluitNietigverklaring van het besluit
(Art. 296, tweede alinea, VWEU)
(zie punt 73)
8. Europees ParlementLedenKosten en vergoedingenVaststelling van de onverschuldigde betalingTerugvordering van ten onrechte betaalde bedragenBevoegdheid van de secretaris-generaal van het ParlementGeen verplichting om de gehele procedure die heeft geleid tot de vaststelling van het besluit te hervatten
(Besluit van het bureau van het Europees Parlement houdende de uitvoeringsbepalingen van het statuut van de leden van het Europees Parlement, art. 68, lid 1; reglement van het Europees Parlement, art. 25, lid 3)
(zie punten 74, 75, 95)
9. Recht van de Europese UnieBeginselenRechten van de verdedigingRecht om te worden gehoordOmvangVerplichting om de betrokkene in staat te stellen mondeling een standpunt in te nemenGeen
(zie punten 78, 79)
10. Europees ParlementRegeling inzake de kosten en vergoedingen van de leden van het ParlementVergoeding voor parlementaire medewerkersBesluit tot terugvordering van ten onrechte betaalde bedragenRechterlijke toetsingGrenzenKennelijke dwaling of misbruik van bevoegdheid
(Besluit van het bureau van het Europees Parlement houdende de uitvoeringsbepalingen van het statuut van de leden van het Europees Parlement, art. 68)
(zie punten 106‑109)
Voorwerp
Verzoek krachtens artikel 263 VWEU tot nietigverklaring van het besluit van de secretaris-generaal van het Parlement van 17 december 2019 betreffende de terugvordering van verzoekster van een bedrag van 130 339,35 EUR dat ten onrechte is overgemaakt als vergoeding voor parlementaire assistentie, en van de daarop betrekking hebbende debetnota van 18 december 2019
Dictum
1) Het beroep wordt verworpen.
2) Joëlle Mélin wordt verwezen in de kosten.