Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 14 juli 2021

1. LandbouwEenvormige wettelijke regelingenKwekersrechtVoorwaarden voor beschermingOnderscheidbaarheid van het plantenrasBeslissing van de kamer van beroep van het Communautair Bureau voor plantenrassenRechterlijke toetsingGrenzen

(Verordening nr. 2100/94 van de Raad, art. 7, lid 1, en 73, lid 2)

(zie punt 23)

2. LandbouwEenvormige wettelijke regelingenKwekersrechtBeroepsprocedureBeroep bij de UnierechterWijziging van voorwerp van geschil voor kamer van beroepDaarvan uitgesloten

(Verordening nr. 2100/94 van de Raad, art. 73; reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 188)

(zie punt 28)

3. LandbouwEenvormige wettelijke regelingenKwekersrechtBeslissingen van het Communautair Bureau voor plantenrassen of de kamers van beroep ervanMotiveringsplichtStrekking

(Artikel 296 VWEU; verordening nr. 2100/94 van de Raad, art. 75)

(zie punten 30, 31)

4. LandbouwEenvormige wettelijke regelingenKwekersrechtTechnisch onderzoekBevoegdheid van het Communautair Bureau voor plantenrassen om de verantwoordelijkheid voor het technisch onderzoek toe te vertrouwen aan de bevoegde nationale instantiesAanwijzing van een gemeenschappelijk onderzoeksbureau voor kandidaat-rassen die tot dezelfde plantenmutatiegroep behorenToelaatbaarheid

(Verordening nr. 2100/94 van de Raad, art. 55)

(zie punten 55, 56)

5. Recht van de Europese UnieBeginselenRechten van de verdedigingRecht om te worden gehoordStrekkingSchendingGevolgen

(Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 2, 47 en 48)

(zie punten 64‑66)

Voorwerp

Beroep tegen de beslissing van de kamer van beroep van het CPVO van 24 januari 2020 (zaak A 0008/2018) inzake een aanvraag voor een communautair kwekersrecht voor het appelras Stark Gugger.

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) Griba Baumschulgenossenschaft landwirtschaftliche Gesellschaft wordt verwezen in de kosten.