Home

Zaak C-294/22: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 3 mei 2022 — Office français de protection des réfugiés et apatrides (OFPRA) / SW

Zaak C-294/22: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 3 mei 2022 — Office français de protection des réfugiés et apatrides (OFPRA) / SW

18.7.2022

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 276/6


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 3 mei 2022 — Office français de protection des réfugiés et apatrides (OFPRA) / SW

(Zaak C-294/22)

(2022/C 276/09)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Conseil d’État

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Office français de protection des réfugiés et apatrides (OFPRA)

Verwerende partij: SW

Prejudiciële vragen

1)

Moeten, onverminderd bepalingen van nationaal recht die onder bepaalde voorwaarden verblijfsrecht aan een vreemdeling toekennen op grond van zijn gezondheidstoestand en hem in voorkomend geval bescherming bieden tegen een verwijderingsmaatregel, de bepalingen van artikel 12, lid 1, onder a), van richtlijn 2011/95/EU (1) aldus worden uitgelegd dat een zieke Palestijnse vluchteling die, na daadwerkelijk de bescherming of bijstand te hebben ingeroepen van de UNRWA, het land of het gebied verlaat dat tot het interventiegebied van deze organisatie behoort en waar hij zijn gewone verblijfplaats had, om reden dat hij er onvoldoende toegang heeft tot de zorg en behandeling die zijn gezondheidstoestand vereist en dat dit gebrek aan gefinancierde zorg een reëel risico inhoudt voor zijn leven of fysieke integriteit, kan worden geacht te verkeren in een persoonlijke situatie van ernstige onveiligheid en in een situatie waarin de UNRWA niet in staat is hem levensomstandigheden te bieden die met de haar opgedragen bijstandsmissie stroken?

2)

Zo ja, aan de hand van welke criteria — bijvoorbeeld met betrekking tot de ernst van de aandoening of de aard van de vereiste zorg — kan een dergelijke situatie worden vastgesteld?


(1) Richtlijn 2011/95/EU van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 inzake normen voor de erkenning van onderdanen van derde landen of staatlozen als personen die internationale bescherming genieten, voor een uniforme status voor vluchtelingen of voor personen die in aanmerking komen voor subsidiaire bescherming, en voor de inhoud van de verleende bescherming (herschikking) (PB 2011, L 337, blz. 9).