Home

Beschikking van de vicepresident van het Hof van 12 oktober 2022

Beschikking van de vicepresident van het Hof van 12 oktober 2022

Gegevens

Instantie
Hof van Justitie EU
Datum uitspraak
12 oktober 2022

Uitspraak

Beschikking van de vice-president van het Hof van 12 oktober 2022 – Lacapelle/Parlement

[Zaak C‑542/22 P(R)]

"„Hogere voorziening - Kort geding - Institutioneel recht - Lid van het Europees Parlement - Besluit om een groep ter ondersteuning van de democratie en de coördinatie van verkiezingen uit te sluiten - Spoedeisendheid - Ernstige en onherstelbare schade - Inbreuk op één van de kenmerken van het mandaat van een lid van het Parlement”"

Hogere voorzieningMiddelenOntoereikende motiveringMiddel dat verschilt van het middel betreffende de materiële wettigheid

(Art. 296 VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 36 en 58, eerste alinea)

(zie punt 25)

Hogere voorzieningMiddelenOntoereikende motiveringImpliciete motivering door het GerechtToelaatbaarheidVoorwaarden

(Art. 256, lid 1, tweede alinea, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 36 en 58, eerste alinea)

(zie punten 26 en 27)

Kort gedingVoorwaarden voor de ontvankelijkheidOntvankelijkheid van het beroep in de hoofdzaakIrrelevantGrenzen

(Art. 278 en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 160, lid 3)

(zie punt 42)

Hogere voorzieningMiddelenOnjuiste beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaalNiet-ontvankelijkheidToetsing door het Hof van de beoordeling van de feiten en het bewijsmateriaalUitgesloten, behoudens het geval van een onjuiste opvattingMiddel inzake onjuiste opvatting van de bewijzenNoodzaak om precies aan te geven welke elementen onjuist zijn opgevat en om aan te tonen welke analysefouten tot die onjuiste opvatting hebben geleidVereiste dat de onjuiste opvatting duidelijk uit de processtukken blijkt

(Art. 256, lid 1, tweede alinea, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea)

(zie punten 50 en 51)

Kort gedingOpschorting van tenuitvoerleggingVoorlopige maatregelenVoorwaarden voor toekenningSpoedeisendheidErnstige en onherstelbare schadeBewijslastBesluit tot uitsluiting van een lid van het Parlement dat tot een groep ter ondersteuning van de democratie en de coördinatie van verkiezingen behoortGevaar voor ondermijning van de mandaatfunctiesGeen

(Art. 278 en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 160, lid 3)

(zie punten 54‑56)

Kort gedingOpschorting van tenuitvoerleggingVoorlopige maatregelenVoorwaarden voor toekenningFumus boni jurisSpoedeisendheidCumulatieve voorwaardenBijzonder ernstige fumus boni jurisGeen invloed op de verplichting tot afzonderlijk onderzoek van de spoedeisendheid

(Art. 278 en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 160, lid 3)

(zie punten 68 en 69)

Hogere voorzieningMiddelenMiddel dat voor het eerst wordt aangevoerd in hogere voorzieningNiet-ontvankelijkheid

(Art. 256, lid 1, tweede alinea, VWEU; Statuut van het Hof van Justitie, art. 58, eerste alinea)

(zie punt 73)

Kort gedingOpschorting van tenuitvoerleggingVoorlopige maatregelenVoorwaarden voor toekenningSpoedeisendheidErnstige en onherstelbare schadeBewijslast

(Art. 278 en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 160, lid 3)

(zie punt 78)

Dictum

De hogere voorziening wordt afgewezen.

Jean-Lin Lacapelle wordt verwezen in de kosten van de hogere voorziening.