Home

Zaak T-583/22: Beroep ingesteld op 16 september 2022 — Fédération environnement durable e.a. / Commissie

Zaak T-583/22: Beroep ingesteld op 16 september 2022 — Fédération environnement durable e.a. / Commissie

12.12.2022

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 472/43


Beroep ingesteld op 16 september 2022 — Fédération environnement durable e.a. / Commissie

(Zaak T-583/22)

(2022/C 472/50)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partijen: Fédération environnement durable (Parijs, Frankrijk) Bundesinitiative Vernunftkraft eV (Berlijn, Duitsland), Vent de Colère! — Fédération nationale (Peyraud, Frankrijk), Vent de Raison — Wind met Redelijkheid (VdR-WmR) (Petit-Roeulx, België) (vertegenwoordiger: M. Le Berre, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

nietigverklaring van besluit (fisma.b.2(2022) 5340198, Ares (2022)4952619 — 07/07/2022) van de Europese Commissie van 7 juli 2022 waarbij het door verzoeksters ingediende verzoek om interne herziening van gedelegeerde verordening (EU) 2021/1239 van de Commissie (1) werd verworpen;

de Commissie verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van hun beroep voeren verzoeksters vijf middelen aan.

1.

Het eerste middel is eraan ontleend dat bij de voorbereiding van de gedelegeerde verordening de artikelen 6 tot en met 8 van het Verdrag van Aarhus (2), de artikelen 9 en 10, lid 2, van verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 (3) en de artikelen 10, lid 4, en 20, lid 2, van verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad van 18 Juni 2020 (4) zijn geschonden.

2.

Het tweede middel is eraan ontleend dat artikel 37 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, artikel 191 VWEU en artikel 19, lid 1, onder f), van verordening 2020/852 alsook artikel 10, lid 3, onder a), artikel 19, lid 1, onder a) en j) en artikel 19, lid 3, van verordening 2020/852, zijn geschonden met betrekking tot het doel van mitigatie van klimaatverandering.

3.

Het derde middel is eraan ontleend dat artikel 10, lid 2, van verordening 1367/2006 is geschonden met betrekking tot het doel van adaptatie aan klimaatverandering.

4.

Het vierde middel is eraan ontleend dat artikel 17, lid 1, onder d), van verordening 2020/852 en artikel 10, lid 2, van verordening 1367/2006 zijn geschonden met betrekking tot het vereiste “geen ernstige afbreuk doen” [DNSH (do no significant harm)-vereiste].

5.

Het vijfde middel is ontleend aan schending van het motiveringsbeginsel.


(1) Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2139 van de Commissie van 4 juni 2021 tot aanvulling van verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad door technische screeningcriteria vast te stellen om de voorwaarden te bepalen waaronder een specifieke economische activiteit kan worden aangemerkt als substantieel bijdragend aan de mitigatie van klimaatverandering of de adaptatie aan klimaatverandering, en om uit te maken of die economische activiteit niet ernstig afbreuk doet aan een van de andere milieudoelstellingen (PB 2021, L 442, blz. 1).

(2) Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden van 25 Juni 1998 (PB 2005, L 124, blz. 4).

(3) Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 betreffende de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden op de communautaire instellingen en organen (PB 2006, L 264, blz. 13).

(4) Verordening (EU) 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2020 betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van verordening (EU) 2019/2088 (PB 2020, L 198, blz. 13).