Beschikking van het Hof (Negende kamer) van 5 juli 2024

Gegevens

Instantie: Hof van Justitie EU

Datum uitspraak: 5 juli 2024

Uitspraak

Beschikking van het Hof (Negende kamer) van 5 juli 2024 –
EUROCASH1

(Zaak C‑788/23)

"„Prejudiciële verwijzing - Artikel 53, lid 2, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof - Procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten - Richtlijn 2014/24/EU - Artikel 4, onder d) - Drempelbedragen voor overheidsopdrachten - Drempel niet bereikt - Artikel 69 - Abnormaal lage inschrijvingen - Geen elementen waaruit een rechtstreekse en onvoorwaardelijke verwijzing naar de bepalingen van deze richtlijn blijkt - Geen duidelijk grensoverschrijdend belang - Kennelijke niet-ontvankelijkheid”"

1. Harmonisatie van de wetgevingenProcedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en dienstenRichtlijn 2014/24WerkingssfeerOpdracht waarvan de waarde beneden de in de richtlijn vastgestelde drempel ligtUitgeslotenToepassing van de fundamentele regels en algemene beginselen van het VWEUVoorwaardeOpdracht met een duidelijk grensoverschrijdend belangBeoordelingscriteria

[Richtlijn 2014/24 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, d)]

(zie punten 18‑20, 23‑25)

2. Prejudiciële vragenOntvankelijkheidNoodzaak om het Hof voldoende preciseringen over de feitelijke en juridische context te verstrekkenBestaan van een eventueel grensoverschrijdend belangBestaan van gegevens die een nuttig antwoord mogelijk makenGeenKennelijke niet-ontvankelijkheid

[Art. 267 VWEU; richtlijn 2014/24 van het Europees Parlement en de Raad, art. 4, d)]

(zie punten 26‑28)

Dictum

Het bij beslissing van 19 december 2023 ingediende verzoek van de Augstākā tiesa (Senāts) (hoogste rechterlijke instantie, Letland) om een prejudiciële beslissing is kennelijk niet-ontvankelijk.