Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2803/96 van Armelle GUINEBERTIERE aan de Commissie. Toepassing van het Verdrag van Bazel

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2803/96 van Armelle GUINEBERTIERE aan de Commissie. Toepassing van het Verdrag van Bazel

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2803/96 van Armelle GUINEBERTIERE aan de Commissie. Toepassing van het Verdrag van Bazel

Publicatieblad Nr. C 091 van 20/03/1997 blz. 0037


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2803/96 van Armelle Guinebertière (UPE) aan de Commissie (25 oktober 1996)

Betreft: Toepassing van het Verdrag van Bazel

In de recycling-industrie worden de zogenaamde gewone industriële afvalprodukten verwerkt zoals: schroot, niet-ijzerhoudende metalen, karton, glas, plastic, textiel, houtafval, kantoormateriaal, leer, en diverse andere materialen.

Het resultaat van deze verwerking is een produkt:

- dat overeenkomstig bepaalde referenties of een produktdossier en technische specificaties is gefabriceerd;

- in het kader van een contract betreffende de kwaliteit en de hoeveelheden;

- dat beantwoordt aan een marktbehoefte;

- een gebruikswaarde heeft,

- en dat vergezeld gaat van een beschrijving van alle intrinsieke kenmerken ervan.

Dit procédé is onder meer opgezet om de hoeveelheid 'eindafval' zoveel mogelijk te beperken.

De onder deze voorwaarden gefabriceerde produkten worden 'secundaire grondstoffen' genoemd.

Juist deze classificatie leidt tot problemen. Volgens de Overeenkomst van Bazel van 22 maart 1989, die een verbod inhoudt van grensoverschrijdende transporten van afval met ingang van 1 januari 1998, worden secundaire grondstoffen gelijkgesteld met afval.

Dit betekent het einde van de, grotendeels internationale, afvalverwerkende industrie, die alleen nog maar produkten zal recyclen die de nationale industrie nodig heeft, en de rest, het merendeel, zal weggooien. Dit is in strijd met de doelstelling om in het jaar 2002 geen afval meer te storten.

Is het mogelijk de secundaire grondstoffen uit de categorie afvalstoffen in de zin van de Overeenkomst van Bazel te halen, zodat de wereldvoorraad grondstoffen behouden blijft en de ontwikkelingslanden de secundaire grondstoffen die zij nodig hebben kunnen blijven ontvangen?

Antwoord van mevrouw Bjerregaard namens de Commissie (18 november 1996)

De Commissie erkent dat secundaire grondstoffen onder de communautaire afvalstoffenregeling en onder die van de Overeenkomst van Bazel betreffende grensoverschrijdende transporten van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan kunnen vallen. De Overeenkomst van Bazel is evenwel uitsluitend op gevaarlijke afvalstoffen van toepassing.

In het kader van het verbod om vanaf 1 januari 1998 voor terugwinning bestemde gevaarlijke afvalstoffen naar niet-OESO-landen (OESO = Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) te exporteren, had de conferentie van de partijen op haar derde vergadering in september 1995 de technische werkgroep van de overeenkomst gevraagd meer nauwkeurige lijsten op te stellen van wat in de zin van de overeenkomst afvalstoffen zijn en wat niet, met andere woorden, wat onder het exportverbod valt en wat niet.

Sindsdien heeft de technische werkgroep aanzienlijke vooruitgang ter zake geboekt en hoopt hij zijn werkzaamheden in april 1997 te kunnen beëindigen om de resultaten ervan voor te leggen aan de vierde conferentie van de partijen die voor oktober 1997 is gepland.

In dit stadium bevat de voorlopige lijst van afvalstoffen die niet als gevaarlijk worden aangemerkt een aantal stoffen die soms "secundaire grondstoffen¨ worden genoemd zoals onder meer afval van edele metalen en non-ferrometalen, andere afvalstoffen die metalen bevatten, glasafval, keramische afval, papier- en kartonafval, textielafval, rubberafval, afval van niet-bewerkt kurk en hout, afval afkomstig van de levensmiddelen- en agro-levensmiddelenindustrie, en afvalstoffen van vaste kunststoffen. De meest volledige en recente informatie in dat verband kan op verzoek door het secretariaat van de Overeenkomst van Bazel worden verstrekt.

Zodra de vierde conferentie van de partijen een beslissing zal hebben genomen ten aanzien van de door de technische werkgroep uitgewerkte lijsten, zal de Gemeenschap, als partij bij de Overeenkomst van Bazel, die lijsten moeten naleven en eventueel de vereiste aanpassingen in het communautaire recht moeten aanbrengen. Bijgevolg vallen afvalstoffen die krachtens de Overeenkomst van Bazel als niet gevaarlijk gelden in beginsel niet onder het per 1 januari 1998 ingaande verbod om gevaarlijke afvalstoffen voor terugwinning naar niet-OESO-landen uit te voeren waarin Verordening (EEG) nr. 259/93 van de Raad betreffende toezicht en controle op de overbrenging van afvalstoffen binnen, naar en uit de Europese Gemeenschap ((Gemeenschappelijk standpunt (EG) nr. 30/96 - PB C 219 van 27.7.1996. )) zal voorzien.