SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 706/96 van Gianni TAMINO aan de Commissie. Niet-omzetting van de richtlijn inzake cosmetische produkten in Italië

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0706/96 van Gianni Tamino (V) aan de Commissie (26 maart 1996)

Betreft: Niet-omzetting van de richtlijn inzake cosmetische produkten in Italië

Bij wet nr. 52 van 6 februari 1996 is de Italiaanse regering gemachtigd tot omzetting van richtlijn 93/35/EEG ((PB L 151 van 23.6.1993, blz. 32. )) inzake cosmetische produkten.

In artikel 3 van de communautaire richtlijn is bepaald dat de lid-staten deze voor 14 juni 1995 in nationale wetgeving moeten omzetten.

Is de Commissie van deze situatie op de hoogte?

Welke maatregelen denkt zij te treffen om de omzetting van de richtlijn door Italië te bewerkstelligen?

Wat is haar standpunt ten aanzien van artikel 29, tweede alinea van genoemde Italiaanse wet, waarin is bepaald dat de bepalingen en termijnen van artikel 1, lid 3 van richtlijn 93/35/EEG over dierproeven in acht moeten worden genomen?

Antwoord van mevrouw Bonino namens de Commissie (8 mei 1996)

In een brief van 29 februari 1996 heeft de Commissie van de Italiaanse regering officiëel mededeling ontvangen van wet nr. 57/1996 die deze regering machtigt tot omzetting van richtlijn 93/35/EEG inzake cosmetische produkten per 25 februari 1997.

Overeenkomstig de verplichtingen van artikel 155 van het EG-Verdrag heeft de Commissie een inbreukprocedure tegen Italië wegens de niet-omzetting van deze richtlijn op gang gebracht en heeft zij de Italiaanse regering in oktober 1995 een ingebrekestelling gestuurd. Deze procedure zal geseponeerd worden op het moment waarop de richtlijn in Italiaans recht is omgezet.

De door de geachte afgevaardigde genoemde Italiaanse wet verplicht de Italiaanse regering artikel 3 van deze richtlijn binnen de gestelde termijnen in Italiaanse recht om te zetten.