Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 906/96 van de leden Pieter DANKERT , Carlos PIMENTA aan de Commissie. Uit het Cohesiefonds gefinancierde nieuwe brug over de Taag (AANVULLEND ANTWOORD)

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 906/96 van de leden Pieter DANKERT , Carlos PIMENTA aan de Commissie. Uit het Cohesiefonds gefinancierde nieuwe brug over de Taag (AANVULLEND ANTWOORD)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0906/96 van Pieter Dankert (PSE) en Carlos Pimenta (PPE) aan de Commissie (23 april 1996)

Betreft: Uit het Cohesiefonds gefinancierde nieuwe brug over de Taag

De Commissie is met betrekking tot de mede uit het Cohesiefonds gefinancierde nieuwe brug over de Taag vanaf 1994 herhaaldelijk geïnformeerd over schendingen van de richtlijnen 79/409/EEG ((PB L 103 van 25.4.1979, blz. 1. )) en 92/43/EEG ((PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7. )), de in de desbetreffende milieu-effectrapportage genoemde maatregelen en bijlage I van de beschikking van de Commissie inzake project nr. 94/10/65/005. Maatregelen die aan het begin van de werkzaamheden genomen hadden moeten worden zijn anno 1996 nog steeds niet getroffen, ondanks gesprekken tussen de Commissie en de Portugese autoriteiten. De inbreuken gaan ondertussen gewoon door.

Is de Commissie niet van mening dat zij al eerder of in ieder geval nu direct over (had) moet(en) gaan tot een onderzoek als bedoeld in artikel 10 van haar beschikking 94/10/65/005, waarna de steun daadwerkelijk opgeschort, verminderd of ingetrokken kan worden?

Als de Commissie deze mening niet is toegedaan, kan zij dan aangeven wanneer de grenzen aan haar tolerantie bereikt zijn, mede gezien het feit dat er al twee kinderen verdronken zijn doordat de in de milieu-effectrapportage geëiste beschermende hekken nog steeds niet zijn geplaatst en gezien het feit dat de Portugese regering volgens kranteberichten nu eindelijk heeft erkend dat er sprake is van schendingen van de regels en een boete aan Lusoponte heeft opgelegd wegens illegale baggerwerkzaamheden en dumpingen?

Gecombineerd aanvullend antwoord van mevrouw Wulf-Mathies namens de Commissie op de schriftelijke vragen E-0904/96, E-0905/96, E-0906/96, E-0907/96 en E-0908/96 (26 september 1996)

In aanvulling op haar antwoord van 9 juli 1996 ((PB C 297 van 8.10.1996, blz. 46. )) kan de Commissie thans het volgende mededelen:

1. Het comité van toezicht dat is ingesteld om op de uitvoering van het bedoelde project toe te zien, bekijkt op zijn vergaderingen onder andere of de milieubepalingen zijn toegepast.

Het Gattel ("Gabinete da Travessia do Tejo em Lisboa¨) en de CAO ("Comissão de Acompanhamento da Obra¨), die belast is met het volgen van de uitvoering van de maatregelen om de milieu-effecten van het project te beperken, brengen aan het comité van toezicht regelmatig verslag uit over de genomen maatregelen.

De vertegenwoordigers van de Commissie hebben in het comité vragen gesteld over deze maatregelen, met name op basis van de van niet-gouvernementele organisaties ontvangen brieven. Ook zijn bezoeken gebracht aan de plaats van de werkzaamheden.

2. In het bijzonder de conclusies van het hierboven bedoelde toezicht hebben de Commissie tot het inzicht gebracht dat de maatregelen om de milieu-impact te beperken onvoldoende waren om de doelstelling van bescherming van de habitat in de speciale beschermingszone te bereiken en dat sommige bepalingen van de beschikking niet naar behoren zijn toegepast. Het gaat hierbij in het bijzonder om het volgen van de uitvoering van de beperkende maatregelen en het plaatsen van hekken om sommige van de meest kwetsbare zones.

Voorts waren er ernstige vermoedens dat sommige andere uit de MEB voortvloeiende maatregelen, met name bij de baggerwerkzaamheden, niet waren uitgevoerd.

De Commissie heeft haar opmerkingen kenbaar gemaakt aan de Portugese autoriteiten door middel van twee brieven, gedateerd 20 februari en 7 juni 1996, aan de Minister van Openbare Werken, Planning en Ruimtelijke Ordening, de heer Cravinho. Het betrof hier geen ingebrekestelling in de zin van bijlage VI van de beschikking waarbij de bijstand wordt toegekend.

De Commissie kondigde in de brieven wel de controle ter plaatse aan die op 17 en 18 juni heeft plaatsgevonden en gaf terzelfder tijd te kennen dat zij het mogelijk achtte om in het kader van het partnerschap gezamenlijk nog maatregelen uit te werken waarmee de problemen doeltreffend zouden kunnen worden aangepakt.

Mevrouw Wulf-Mathies en de heer Cravinho hebben in aansluiting hierop een memorandum van overeenstemming ondertekend, dat voorziet in een aantal compenserende maatregelen, nl. de uitbreiding van de speciale beschermingszone met 400 ha, de verscherping van het toezicht, en in de volledige uitvoering van de maatregelen die op grond van de milieu-effectbeoordeling zijn vastgesteld.

3. De Commissie heeft tegen Portugal geen procedure zoals bepaald in artikel 169 van het EG-Verdrag ingeleid wegens overtreding van Richtlijn 92/43/EEG ((PB L 206 van 22.7.1992. )), omdat zij in dit stadium over onvoldoende elementen beschikt om te kunnen concluderen dat de door de geachte afgevaardigden gemelde storende factoren een significant effect hebben op de speciale beschermingszone "Taagmonding¨, die op grond van artikel 4 van Richtlijn 79/409/EEG ((PB L 103 van 25.4.1979. )) door de Portugese autoriteiten is aangewezen.

Artikel 6, lid 2, van Richtlijn 92/43/EEG bepaalt inderdaad dat de Lid-Staten passende maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in de speciale beschermingszones niet verslechtert en er geen storende factoren optreden voor de soorten waarvoor de zones zijn aangewezen voor zover die factoren, gelet op de doelstellingen van deze richtlijn een significant effect zouden kunnen hebben.

Artikel 7 van Richtlijn 92/43/EEG bepaalt dat de uit artikel 6, lid 2, voortvloeiende verplichtingen in de plaats komen van de verplichtingen die voortvloeien uit artikel 4, lid 4, van Richtlijn 79/409/EEG voor wat betreft de speciale beschermingszones die - zoals in dit geval - overeenkomstig artikel 4, lid 1, van die richtlijn zijn aangewezen.

4. In verband met de schriftelijke vraag nr. 0908/96 wordt de geachte afgevaardigden verzocht te preciseren om welke wegen het gaat, ten einde de Commissie in staat te stellen een antwoord te geven.