Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1345/96 van Jean-Yves LE GALLOU aan de Commissie. Huishoudelijke kredieten van de Europese instellingen

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1345/96 van Jean-Yves LE GALLOU aan de Commissie. Huishoudelijke kredieten van de Europese instellingen

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1345/96 van Jean-Yves Le Gallou (NI) aan de Commissie (3 juni 1996)

Betreft: Huishoudelijke kredieten van de Europese instellingen

Kan de Commissie voor begrotingslijn B7-620 (technische samenwerking met de onafhankelijke staten van de voormalige Sovjetunie) het totale bedrag aangeven dat in 1995 is uitgegeven voor:

- studies,

- bijeenkomsten van deskundigen,

- conferenties en congressen,

- voorlichting en publikaties?

Kan de Commissie verder aangeven wat het aandeel van deze vier soorten uitgaven is in de totale kredieten van deze begrotingslijn en of dit aandeel haar redelijk voorkomt?

Gecombineerd Antwoord van de heer Van den Broek namens de Commissie op de schritftelijke vragen E-1344/96 en E-1345/96 (22 juli 1996)

Aangezien dit niet bepaald is in de toelichting bij de begroting, werden geen huishoudelijke uitgaven van de Europese instellingen aangewezen op begrotingslijn B7-500 (B7-600 in 1995) - steun aan de economische herstructurering van de landen van Centraal- en Oost-Europa - en B7-520 (B7-620 in 1995) - samenwerking met de onafhankelijke staten van de voormalige Sovjetunie.

De kredieten die op deze begrotingslijnen zijn aangewezen, zijn meer bepaald bestemd voor de financiering van activiteiten inzake technische bijstand met het oog op de ondersteuning van de overgang naar een markteconomie (management, energie, transport en financiële dienstverlening).

Nochtans werden gelijksoortige uitgaven als die welke door het geachte Parlementslid worden genoemd, in 1995 op deze begrotingslijn aangewezen, maar als integrerend onderdeel van operationele activiteiten en programma's die door de Commissie werden vastgesteld ten gunste van de LMOE en de Nieuwe Onafhankelijke Staten (NOS).

De bijeenkomsten van experts passen dus in het kader van de voorbereiding en de uitvoering van deze projecten inzake technische bijstand, die uit hoofde van het Phare- en Tacis-programma worden gefinancierd. De conferenties en seminars omvatten activiteiten die deze programma's bekend willen maken bij zowel de Gemeenschap als de landen van Centraal- en Oost-Europa en de Nieuwe Onafhankelijke Staten, met name bij de bedrijfswereld die voordeel kan halen uit of deel kan nemen aan de tenuitvoerlegging van het Tacis- en Phare-programma. Er werden eveneens uitvoerbaarheidsstudies gemaakt om de specifieke doelstelling van de programma's in kwestie te helpen bereiken. Daar deze activiteiten basisonderdelen zijn van geïntegreerde programma's die verschillende acties en instrumenten omvatten, is het moeilijk om ze te isoleren.

De enige uitgaven voor dit soort activiteiten die gemakkelijk afgezonderd kunnen worden, zijn de uitgaven voor voorlichting en publikaties, waarvoor in 1995 een specifiek programma werd opgestart dat werd goedgekeurd door de beheercomités van de twee programma's en dat respectievelijk 0,9% (Phare) en 1% (Tacis) van de kredieten op elke begrotingslijn vertegenwoordigen.