SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1308/97 van Amedeo AMADEO aan de Commissie. Veiligheid op vissersschepen
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1308/97 van Amedeo AMADEO aan de Commissie. Veiligheid op vissersschepen
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1308/97 van Amedeo AMADEO aan de Commissie. Veiligheid op vissersschepen
Publicatieblad Nr. C 367 van 04/12/1997 blz. 0115
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1308/97 van Amedeo Amadeo (NI) aan de Commissie (11 april 1997)
Betreft: Veiligheid op vissersschepen
Deze vraag betreft het voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de invoering van een geharmoniseerde veiligheidsregeling voor vissersvaartuigen waarvan de lengte 24 meter of meer bedraagt (COM(96)0255 def. - 96/0168 SYN ((PB C 292 van 4.10.1996, blz. 29. ))) (SEC 1392/96).
De Europese Gemeenschap heeft altijd veel belang gehecht aan de veiligheid op vissersvaartuigen. Aangezien de visserij een van de sectoren is waar de meeste arbeidsongevallen geschieden, zijn diverse initiatieven gestart om de situatie te verbeteren zowel op mundiaal als Europees niveau.
Op communautair niveau werden de initiatieven tot op heden toegespitst op de verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden van de werknemers aan boord van vissersvaartuigen (zie richtlijn 93/103/EG) ((PB L 307 van 13.12.1993, blz. 1. )).
Het Commissievoorstel om de huidige veiligheidsvereisten voor de visserij aan te scherpen, is derhalve prijzenswaardig.
Is de Europese Commissie echter voornemens de nodige maatregelen te treffen om een betrouwbaar overzicht te krijgen van de incidenten die zich met vissersvaartuigen voordoen en van hun gevolgen, met inbegrip van de dodelijke ongevallen, arbeidsongevallen en beroepsziekten waardoor vissers worden getroffen?
Gecombineerd antwoord op de schritftelijke vragen E-1306/97, E-1307/97 en E-1308/97 van de heer Kinnock namens de Commissie (22 mei 1997)
In de toelichting bij het voorstel van de Commissie voor een richtlijn van de Raad betreffende de invoering van een geharmoniseerde veiligheidsregeling voor vissersvaartuigen waarvan de lengte 24 m of meer bedraagt ((PB C 292 van 4.10.1996. )), stipt de Commissie aan dat er nieuwe maatregelen moeten worden getroffen ter aanvulling van de maatregelen die bij Richtlijn 93/103/EG van de Raad van 23 november 1993 betreffende de minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid bij het werk aan boord van vissersvaartuigen ((PB L 307 van 13.12.1993. )) zijn ingevoerd. De Commissie is voornemens in de tweede helft van 1997 daarover een studie te doen uitvoeren.
Krachtens de door de Commissie voorgestelde richtlijn zullen de lidstaten over de juridische bevoegdheid beschikken om een de vlag van een derde Staat voerend vissersvaartuig dat in de territoriale of binnenwateren van een lidstaat dienstdoet of zijn vangst in een haven van een lidstaat aan land brengt, te controleren teneinde toe te zien op de naleving van de bij deze richtlijn vastgestelde veiligheidsnormen. De logistieke middelen om een dergelijk toezicht in de haven of op zee uit te oefenen zijn reeds beschikbaar in het kader van Richtlijn 95/21/EG van de Raad betreffende de havenstaatcontrole ((PB L 157 van 7.7.1995. )) en het controlestelsel van het Gemeenschappelijk visserijbeleid.
Wat de verzameling van gegevens over slachtoffers en bedrijfsongevallen aan boord van vissersvaartuigen betreft, verwijst de Commissie het geachte Parlementslid naar haar antwoord op Schriftelijke Vraag nr. 2721/96 van de heer Pronk ((PB C 105 van 3.4.1997. )).