SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1514/97 van Christoph KONRAD aan de Commissie. Aanmerken van glasvezels als "gevaarlijke stof" in de Europese Unie

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1514/97 van Christoph Konrad (PPE) aan de Commissie (5 mei 1997)

Betreft: Aanmerken van glasvezels als "gevaarlijke stof¨ in de Europese Unie

1. Waarom organiseert de Commissie al sedert enkele jaren gesprekken onder deskundigen die zich bezighouden met de vraag welke testprocedure moet worden uitgevoerd om vezelstoffen, met name glasvezels, in verschillende categorieën gevaarlijke stoffen te kunnen indelen?

2. Wanneer zal deze overlegprocedure van de Commissie zijn afgerond en wanneer zal zij een definitieve regeling (voorstel) voorleggen?

3. Zal de Commissie daarbij rekening houden met het feit dat in de Bondsrepubliek Duitsland reeds nu op grond van innovatie kwalitatief hoogwaardige vezels worden geproduceerd die garanderen dat een gevaar voor de gezondheid voor de werknemers bij de productie en ook voor de gebruikers absoluut is uitgesloten?

4. Hoe wil de Commissie er met een eventuele regeling voor zorgen dat de toegang van deze kwalitatief hoogwaardige producten tot de markten van de Europese Unie wordt bevorderd, aangezien er thans wegens de verschillende indeling in categorieën en kwaliteiten sprake is van concurrentievervalsing?

Antwoord van mevrouw Bjerregaard namens de Commissie (1 juli 1997)

1. De Commissie overweegt reeds enkele jaren de formele indeling van minerale kunstvezels door de opname ervan in bijlage I van Richtlijn 67/548/EEG betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen ((PB 196 van 16.8.1967, blz. 1. )).

De term "minerale kunstvezels¨ beslaat een hele familie van vezels, zoals glasvezel en rotsvezel.

De wetenschappelijke problemen die zijn verbonden met de beoordeling van kankerverwekkende eigenschappen van deze vezels hebben geleid tot vertraging bij het opstellen van een ontwerp-richtlijn. Het is vooral nodig geschikte testprocedures te vinden en een betrouwbare correlatie tussen de resultaten vast te stellen.

2. Doordat er intussen veel meer bekend is over de opname van dergelijke vezels in het lichaam en over de correlatie met hun eventuele kankerverwekkende eigenschappen, zal de Commissie in de komende maanden een ontwerp-richtlijn kunnen indienen.

3. In deze ontwerp-richtlijn zal men rekening kunnen houden met de door de producenten met name op de Duitse markt, geboekte vooruitgang. De op deze markt sedert 1995 voorgestelde "nieuwe¨ isolatievezels lijken namelijk geen kankerverwekkende eigenschappen te hebben.

4. De bepalingen van de richtlijnen betreffende chemische producten (stoffen en preparaten) maken het mogelijk de regelgeving in heel de Gemeenschap te harmoniseren. Door de toekomstige ontwerp-richtlijn ingevoerde eventuele indelingen (en afwijkingen daarvan) zullen dus van toepassing zijn op heel de Europese markt.

Deze wetgevende maatregelen voorzien echter niet in specifieke bevorderende activiteiten.