Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1554/97 van Klaus LUKAS aan de Commissie. Volksreferendum over de Euro

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1554/97 van Klaus LUKAS aan de Commissie. Volksreferendum over de Euro

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1554/97 van Klaus LUKAS aan de Commissie. Volksreferendum over de Euro

Publicatieblad Nr. C 045 van 10/02/1998 blz. 0050


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1554/97 van Klaus Lukas (NI) aan de Commissie (6 mei 1997)

Betreft: Volksreferendum over de Euro

De heer Wolfgang Streitenberger, hoofd van de Commissiedelegatie in Wenen, heeft onlangs in een vraaggesprek met de pers (Der Kurier van 22 maart 1997) verklaard: "Met een referendum over de Euro, gevolgd door een wetsvoorstel, zou Oostenrijk zich internationaal blameren en zijn geloofwaardigheid verliezen¨.

1. Geeft deze opmerking de mening van de Commissie weer?

2. Zo ja, kan de Commissie nader toelichten waarom Oostenrijk zich door een referendum over de Euro internationaal zou blameren en zijn geloofwaardigheid verliezen? Zo niet, waarom niet?

3. Heeft deze ambtenaar op aanwijzing van de Commissie gehandeld?

4. Zo ja, wie heeft deze aanwijzing gegeven?

5. Is de Commissie principieel van mening dat alle democratische initiatieven aan de basis absurd en ongeloofwaardig zijn, of alleen die welke haar politiek gesproken niet goed te pas komen? Indien zulks niet het geval is, zal de Commissie de in haar naam geuite publieke verklaring op behoorlijke wijze corrigeren?

6. Wat vindt de Commissie van de dikwijls gehoorde wens dat de invoering van de Euro afhankelijk wordt gemaakt van een democratisch besluit aan de basis in geheel Europa?

7. Kan de Commissie zich voorstellen dat de Europese bevolking in sterkere mate deelneemt aan het democratische besluitvormingsproces in Europa?

Zo niet, waarom niet?

Zo ja, in welke gevallen zou kunnen worden gedacht aan democratische besluiten aan de basis?

Antwoord van de heer de Silguy namens de Commissie (11 juli 1997)

1. De verklaringen van de heer Streitenberger in verband met de wettelijke mogelijkheid om een Volksbegehren (referendum) te organiseren over de invoering van de Euro geven het standpunt van de Commissie weer. Zijn oordeel over de eventuele consequenties van een Volksbegehren geven zijn persoonlijke mening weer. Bij het begin van zijn toespraak in Mayerhofen heeft hij namelijk verklaard dat wat in zijn toespraak verder ging dan een loutere mededeling van feiten - meningen, appreciaties, inschattingen - een weergave was van zijn persoonlijke mening. In de Commissie is niet gehandeld over de mogelijke consequenties van een referendum in Oostenrijk en zij heeft ook niet gespeculeerd over de mogelijke gevolgen ervan.

2. De invoering van de Euro is een wezenlijk onderdeel van het EG-Verdrag. De Parlementen van alle lidstaten hebben het Verdrag bekrachtigd in overeenstemming met hun grondwet, hetzij rechtstreeks, hetzij in het geval van de nieuwe lidstaten via de Toetredingsakten. Door de bekrachtiging van deze verdragen - via een referendum of via haar vertegenwoordigers - heeft de bevolking haar instemming betuigd met wat de regeringen voordien overeengekomen waren en ondertekend hadden.

3. en 4. De hoofden van de Vertegenwoordigingen van de Commissie mogen in het openbaar verklaringen afleggen zonder dat zij de Commissie daarvoor voorafgaandelijk toestemming moeten vragen. Bovendien heeft de heer Streitenberger aan zijn toehoorders duidelijk gemaakt dat het om zijn persoonlijke inschattingen ging.

5. Voor de Commissie is het van belang dat eenmaal de bepalingen van het EG-Verdrag door de lidstaten volgens hun nationale voorschriften bekrachtigd zijn, deze ook worden ten uitvoer gelegd. In het Verdrag wordt voor specifieke bepalingen of beleidstakken niet voorzien in het gebruik van instrumenten van rechtstreekse democratie.

6. en 7. De Commissie neemt geen enkel standpunt in ten aanzien van binnenlandse politieke procedures zoals volksstemmingen of overheidsreferenda. Dit wordt aan de lidstaten overgelaten.