Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2509/97 van Ernesto CACCAVALE aan de Commissie. Kredieten uit het CALEIDOSCOOP-programma en Italiaanse Mezzogiorno

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2509/97 van Ernesto CACCAVALE aan de Commissie. Kredieten uit het CALEIDOSCOOP-programma en Italiaanse Mezzogiorno

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2509/97 van Ernesto CACCAVALE aan de Commissie. Kredieten uit het CALEIDOSCOOP-programma en Italiaanse Mezzogiorno

Publicatieblad Nr. C 076 van 11/03/1998 blz. 0118


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2509/97 van Ernesto Caccavale (UPE) aan de Commissie (22 juli 1997)

Betreft: Kredieten uit het CALEIDOSCOOP-programma en Italiaanse Mezzogiorno

Uit officiële gegevens van de Commissie blijkt dat een zeer laag percentage van de kredieten van het CALEIDOSCOOP-programma wordt toegewezen aan culturele organisaties in de Italiaanse Mezzogiorno.

Zo wordt bijv. de in Cava de' Tirreni georganiseerde manifestatie "Festival delle Torri¨ automatisch voorgeselecteerd en vervolgens van financiering uitgesloten. De officiële reden die de Commissie hiervoor aanvoert is de beperktheid van de financiële middelen.

Kan de Commissie mededelen: of de initiatieven op het gebied van dans, theater en folklore als culureel instrument en uitwisseling tussen de Europese volkeren zijn uitgesloten van de reeks initiatieven in het kader van het CALEIDOSCOOP-programma,

of de voor culturele bevordering opgenomen kredieten moeten worden bestemd voor plaatsen die reeds voldoende door talrijke initiatieven worden geëxploiteerd of dat het daarentegen niet wenselijker is deze te besteden voor andere gebieden en nieuwe culturele initiatieven, waar de meeste behoefte bestaat aan bevordering van de Europese cultuur?

Antwoord van de heer Oreja namens de Commissie (12 september 1997)

Op een totaal van 198 projecten die door een belangrijke organisator in Italië voor het programma Caleidoscoop 1997 zijn voorgedragen, werden bij de eindselectie 19 projecten (18 voor actie I en 1 voor actie II) geselecteerd voor een bedrag van 1.019.945 ecu. Dit bedrag stemt overeen met het op één na hoogste percentage van het totale bedrag dat voor dit programma is uitgetrokken.

Wat meer in het bijzonder de Mezzogiorno betreft, werden na afloop van de selectieprocedure slechts vier projecten geselecteerd; dit cijfer dient echter te worden vergeleken met het aantal voorgedragen projecten (38) en met het aantal projecten voor deze regio's die aan de formele criteria voor de preselectie voldeden (23).

Van de voor de Mezzogiorno gepreselecteerde projecten werd derhalve 17,39 % geselecteerd, terwijl dit percentage voor geheel Italië slechts 12,5 % bedraagt.

Met het oog op een betere verspreiding van de informatie in de lidstaten waar zich nog steeds - in meerdere of mindere mate - dergelijke ongelijkheden voordoet, heeft de Commissie voorgesteld een netwerk van informatiecentra op te zetten in de lidstaten die zulks wensen. Italië is een van de lidstaten die op dit aanbod van de Commissie zijn ingegaan.

Uit Besluit 719/96/EG tot vaststelling van het Caleidoscoop-programma ((Zie met name artikel 2 van het besluit en punt 2 suba) onder Actie I in de bijlage (omschrijving van de doelstellingen en van de door het programma bestreken artistieke activiteiten)- PB L 99 van 24.4.1996. )) blijkt duidelijk dat de door het geachte Parlementslid opgesomde kunstactiviteiten geenszins van het programma zijn uitgesloten. De Commissie wenst er bovendien op te wijzen dat, op een totaal van 128 projecten in 1997, 41 projecten betrekking hadden op dans en theater en 46 op muziek en opera. Vijf van laatstgenoemde projecten hadden overigens betrekking hebben op folklore, een van de talrijke aspecten van deze kunstvormen.

Tenslotte herinnert de Commissie eraan dat dit programma gebaseerd is op artikel 128 van het EG-Verdrag; de criteria voor de selectie van de projecten in het kader van dit programma - criteria die overigens in het Publicatieblad zijn bekendgemaakt ((PB C 298 van 9.10.1996. )) - zijn derhalve uitsluitend van artistieke en culturele aard. Het is dus niet mogelijk om op grond van deze criteria aan bepaalde gebieden voorrang te geven; de Gemeenschap heeft overigens andere beleidsmaatregelen en financieringsbronnen, met name in het kader van het regionale beleid, die specifiek gericht zijn op de regionale dimensie.