SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3323/97 van Cristiana MUSCARDINI aan de Commissie. Vervanging van de waterleidingen
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3323/97 van Cristiana MUSCARDINI aan de Commissie. Vervanging van de waterleidingen
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3323/97 van Cristiana MUSCARDINI aan de Commissie. Vervanging van de waterleidingen
Publicatieblad Nr. C 134 van 30/04/1998 blz. 0137
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3323/97 van Cristiana Muscardini (NI) aan de Commissie (20 oktober 1997)
Betreft: Vervanging van de waterleidingen
In de landelijke pers is onlangs veel aandacht besteed aan een bericht uit Brussel als zou de Unie van plan zijn alle waterleidingbuizen van voor een bepaalde datum te vervangen wegens de mogelijke risico's ten gevolge van de aanwezigheid van lood boven de aanvaardbare waarden.
1. Kan de Commissie dit bericht bevestigen?
2. Zo ja, kan zij een en ander nader toelichten?
3. Tegen wanneer moet de hele operatie achter de rug zijn?
4. Heeft zij een kostenraming gemaakt?
5. Heeft zij naar de mogelijke - ook psychologische - reacties aan het adres van de Europese Unie gepeild van de burgers en tevens huiseigenaars die de laatste jaren met grote uitgaven te kampen hebben gekregen wegens de fiscale en budgettaire restricties die de regeringen hebben opgelegd om de normen voor de invoering van de eenheidsmunt te halen?
Antwoord van mevrouw Bjerregaard namens de Commissie (26 november 1997)
Lood is een toxische stof die een brede uitwerking heeft en zich opstapelt in het skelet. Zuigelingen, kinderen tot de leeftijd van 6 jaar en zwangere vrouwen zijn het gevoeligst voor de schadelijke effecten ervan op de gezondheid. Lood is toxisch voor zowel het centraal als het perifeer zenuwstelsel en veroorzaakt subencefalopathische neurologische en gedragseffecten. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft een op gezondheidscriteria gebaseerde richtwaarde van 10 microgram per liter voorgesteld, die wereldwijd door de meeste deskundigen wordt aanvaard. De Commissie heeft besloten deze norm op te nemen in haar voorstel voor een wijziging van de drinkwaterrichtlijn ((PB C 131 van 30.5.1995. )). Alle lidstaten hebben 10 microgram per liter als een passende waarde aanvaard. De huidige loodnorm bedraagt 50 microgram per liter. In de praktijk zal de voorgestelde norm moeten worden gerealiseerd door de vervanging van loden buizen en leidingen.
De Commissie is zich bewust van de praktische en financiële consequenties van de invoering van de voorgestelde norm. Daarom wordt in het voorstel bepaald dat aan het voorschrift inzake lood moet worden voldaan binnen een termijn van 15 jaar. Dit vormt een uitzondering op de algemene tenuitvoerleggingstermijn van 5 jaar die geldt voor de andere bepalingen van het richtlijnvoorstel. Tussen 5 en 15 jaar na de vaststelling van de richtlijn zal een overgangsnorm van 25 microgram per liter gelden. Het Parlement heeft, toen het het voorstel in eerste lezing behandelde, aangedrongen op een termijn van 10 jaar in plaats van 15. Bepaalde lidstaten geven de voorkeur aan een termijn van 20 jaar of meer. In het licht van een en ander ziet de Commissie in de voorgestelde termijn van 15 jaar om aan het voorschrift inzake lood te voldoen, een evenwichtig compromis.
Op de Milieuraad van oktober 1997 werd politieke overeenstemming bereikt over een gemeenschappelijk standpunt betreffende de voorgestelde drinkwaterrichtlijn ((PB C 213 van 15.7.1997. )), met inbegrip van de waarde van 10 microgram per liter voor lood en de termijn van 15 jaar om aan deze norm te voldoen.
De kosten die aan de maatregelen ter naleving van de voorgeschreven loodwaarde zijn verbonden, worden geraamd op 27.000 à 37.000 miljoen ecu (dit cijfer geldt voor twaalf lidstaten, aangezien de studie in 1994 werd uitgevoerd). De eigenaars van particuliere woningen zullen over de voordelen van de vervanging van loden waterleidingen worden geïnformeerd. Zij zullen krachtens de Gemeenschapswetgeving evenwel niet wettelijk verplicht zijn hun loden leidingen te vervangen.