Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3549/97 van Frédéric STRIBY aan de Commissie. Oneerlijke accijnsheffing op pure alcohol

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3549/97 van Frédéric STRIBY aan de Commissie. Oneerlijke accijnsheffing op pure alcohol

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3549/97 van Frédéric STRIBY aan de Commissie. Oneerlijke accijnsheffing op pure alcohol

Publicatieblad Nr. C 196 van 22/06/1998 blz. 0004


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3549/97 van Frédéric Striby (I-EDN) aan de Commissie (12 november 1997)

Betreft: Oneerlijke accijnsheffing op pure alcohol

Hoewel er communautaire voorschriften inzake accijnzen bestaan, worden ze in Frankrijk anders toegepast waardoor de concurrentieverhoudingen tussen particuliere stokers en industriële distilleerders worden verstoord.

In Frankrijk moet een stoker namelijk onmiddellijk accijnzen betalen over het product van zijn distillatie, terwijl de industriële distilleerder deze accijnzen pas bij de verkoop van zijn product hoeft te voldoen. Bovendien wordt bij de industriële distilleerder die zijn productie laat rijpen, per jaar een verlies van het alcoholgehalte van 6 % afgetrokken. De kleine zelfstandige stoker bevindt zich dus duidelijk in het nadeel ten opzichte van de industriële distilleerder.

Is de Commissie op basis van deze gegevens van mening dat de richtlijnen inzake accijnsproducten in dit geval op eerlijke en coherente wijze worden toegepast?

Gecombineerd Antwoord op de schritftelijke vragen E-3548/97 en E-3549/97 van de heer Monti namens de Commissie (6 januari 1998)

In de notulen van de Raad inzake Richtlijn 92/83/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op alcohol en alcoholhoudende dranken ((PB L 316 van 31.10.1992. )) is een verklaring van de Raad en de Commissie opgenomen dat lidstaten die de productie van kleine hoeveelheden alcohol door particulieren voor eigen gebruik traditioneel vrijstellen, dergelijke vrijstellingen mogen blijven toepassen. In overeenstemming met deze verklaring is Frankrijk de productie van tien liter zuivere alcohol per jaar door particulieren blijven vrijstellen als deze traditioneel dat recht hadden.

Afgezien van dit bijzondere geval moet accijns worden geheven op alle productie van spiritualiën. Krachtens artikel 22 van Richtlijn 92/83/EEG mogen de lidstaten evenwel op de productie van kleinere distilleerderijen verlaagde accijnstarieven toepassen. Frankrijk heeft er samen met de meeste lidstaten voor gekozen van deze optie geen gebruik te maken.

Aangezien Frankrijk deze keuze heeft gemaakt, moeten de algemene regels gelden die zijn vastgesteld in Richtlijn 92/12/EEG van 25 februari 1992 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben en het verkeer daarvan en de controles daarop ((PB L 76 van 23.3.1992. )) zodat, met de bovengenoemde uitzondering betreffende stokers voor eigen gebruik, alle Franse distilleerderijen belastingentrepots zijn waarin de geproduceerde goederen zich onder schorsing van accijns bevinden tot zij in het vrije verkeer worden gebracht, en waarin verliezen die inherent zijn aan de aard van de producten van de distilleerderij in aanmerking worden genomen.

Wat tenslotte de benadering van de Commissie van de toekomstige harmonisatie op dit gebied betreft: een van de redenen waarom de afwijkingen oorspronkelijk waren toegestaan, was dat - binnen de vastgestelde parameters - de fiscale behandeling van deze kleinere producenten geacht werd onvoldoende effect te hebben op de interne markt om uniformiteit op communautair niveau te behoeven. In het licht van de klachten van het geachte Parlementslid zal de Commissie op de zaak blijven toezien; zij denk er momenteel echter niet over om verdere stappen te ondernemen teneinde de behandeling van de particuliere stokers te harmoniseren.