Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2261/97 van Amedeo AMADEO aan de Commissie. Defensie-industrie

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2261/97 van Amedeo AMADEO aan de Commissie. Defensie-industrie

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2261/97 van Amedeo Amadeo (NI) aan de Commissie (2 juli 1997)

Betreft: Defensie-industrie

Deze vraag heeft betrekking op de mededeling van de Commissie "Uitdagingen voor de Europese defensie-industrie - een bijdrage voor actie op Europees niveau¨ (COM(96)0010 def.).

De EU-landen zijn bezig met de opzet van een originele structuur van de Europese veiligheid. Bij deze structuur dient enerzijds rekening te worden gehouden met de bestaande internationale organisaties (WEU, NAVO, OVSE, enz.) en anderzijds met de verlangens van de lidstaten van de EU die van oudsher een neutrale of ongebonden positie innemen op militair gebied.

De Commissie dient bij haar maatregelen in de sector van de defensie-industrie in ieder geval rekening te houden met de bijzondere kenmerken van deze sector, nl. het verband ervan met het defensie- en veiligheidsbeleid, de wijze waarop onderzoek, ontwikkeling en productie zijn georganiseerd, alsmede de afhankelijkheid van de aankopen van de ministeries van defensie.

Wil de Commissie in samenhang hiermee de productie, de verkoop en het gebruik van anti-personenmijnen op Europees en internationaal niveau verbieden?

Antwoord van de heer Van den Broek namens de Commissie (30 juli 1997)

De sluiting van een Internationaal Verdrag inzake een verbod op anti-personeelmijnen is in essentie een zaak waarover onderhandelingen moeten worden gevoerd tussen soevereine staten via de complementaire mechanismen van het Ottawa-proces en de ontwapeningsconferentie. In het gezamenlijk optreden van oktober 1996 verbindt de Europese Unie zich ertoe actief te streven naar de volledige uitbanning van anti-personeelmijnen en naar de zo spoedig mogelijke totstandkoming van een internationale overeenkomst om deze wapens wereldwijd te verbieden. Tegelijkertijd heeft de Unie een moratorium ingesteld op de uitvoer van alle anti-personeelmijnen naar alle bestemmingen, en haar vele activiteiten voortgezet om de problemen op te lossen die de anti-personeelmijnen in de zwaarst getroffen landen veroorzaken. De Commissie is sterk voorstander van de spoedige sluiting van een internationale overeenkomst voor een totaal verbod, en grijpt in haar betrekkingen met derde landen elke gelegenheid aan om politieke en praktische actie aan te moedigen die aan dit proces kan bijdragen en de tragedie van de landmijnen kan beëindigen.