Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 4163/97 van Leonie van BLADEL aan dee Raad. Maatregelen in geval van gijzeling EU-onderdanen door Suriname

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 4163/97 van Leonie van BLADEL aan dee Raad. Maatregelen in geval van gijzeling EU-onderdanen door Suriname

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4163/97 van Leonie van Bladel (UPE) aan de Raad (22 januari 1998)

Betreft: Maatregelen in geval van gijzeling EU-onderdanen door Suriname

1. Heeft de Raad kennis genomen van 27 arrestaties van burgers en militairen die op 25 oktober 1997 in Suriname hebben plaatsgevonden naar aanleiding van de voorbereiding van een zogenaamde coup?

2. Is de Raad niet van mening dat de beschuldigingen van de Surinaamse adviseur van staat, Desi Bouterse, die hij onlangs in de Surinaamse media uitte, over de betrokkenheid van buitenlandse mogendheden, waaronder Nederland, bij het beramen van de vermeende coup, een reactie van de ex-dictator zijn op het door de Nederlandse justitie in samenwerking met de Amerikaanse DEA verrichtte onderzoek naar de drugsactiviteiten van Bouterse welk justitiële onderzoek onlangs heeft geleid tot een internationaal opsporings- en uitleveringsverzoek van Bouterse?

3. Beseft de Raad voldoende de ernst van de situatie die zal ontstaan bij de arrestatie c.q. gijzeling van buitenlanders, waaronder Nederlanders, wegens betrokkenheid bij de in scene gezette coup, omdat vervolgens de Surinaamse regering zal willen gaan onderhandelen over een wederzijdse opheffing van de vervolging, enerzijds het staken van de vervolging en vrijlaten van de, wegens zogenaamde betrokkenheid bij de voorbereiding van de in scene gezette coup, gearresteerde buitenlanders, waaronder Nederlanders, en in ruil daarvoor het intrekken van het internationale opsporings- en uitleveringsverzoek tegen de Surinaamse adviseur van staat, Desi Bouterse, alsmede het staken van de vervolging van Bouterse inzake de grootscheepse internationale cocaïnehandel, en de deelname en het leidinggeven aan een internationale criminele organisatie waarvan Desi Bouterse door de Nederlandse justitie wordt verdacht?

4. Is de Raad voldoende voorbereid om adequaat te reageren indien bovengemelde gijzeling zich voordoet?

Gecombineerd Antwoord op de schritftelijke vragen E-4160/97, E-4161/97, E-4162/97 en E-4163/97 (18 mei 1998)

De Raad is slechts op de hoogte van de informatie die door de Surinaamse autoriteiten is verstrekt. Volgens deze gegevens zijn tijdens het weekend van 25 oktober 1997 een aantal personen gearresteerd die, naar men beweert, van plan waren een staatsgreep te plegen.

De Raad heeft ook kennis van een brief van de mensenrechtenorganisatie Moiwana '86 aan de Inter-Amerikaanse Commissie voor de rechten van de mens betreffende de door de geachte afgevaardigde vermelde zaak.

Voorzover de Raad informatie heeft kunnen verkrijgen over de verdachte die zich in oktober 1997 bij de Nederlandse Ambassade heeft gemeld, heeft deze persoon niet om asiel verzocht.

De Raad is van mening dat bij een eventuele gijzeling in Suriname de nodige maatregelen moeten worden genomen om een vreedzame oplossing te vinden voor een dergelijke actie.

De Raad is niet op de hoogte van de aantijgingen en beschuldigingen waaraan Desi Delano Bouterse zich volgens de geachte afgevaardigde schuldig zou hebben gemaakt.

Gezien het feit dat het gerechtelijk onderzoek waarnaar het geachte parlementslid verwijst nog niet is afgerond, kan de Raad zich hierover niet uitspreken.