Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 257/98 van Hiltrud BREYER aan de Commissie. Databank voor toxische stoffen

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 257/98 van Hiltrud BREYER aan de Commissie. Databank voor toxische stoffen

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 257/98 van Hiltrud BREYER aan de Commissie. Databank voor toxische stoffen

Publicatieblad Nr. C 223 van 17/07/1998 blz. 0148


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0257/98 van Hiltrud Breyer (V) aan de Commissie (13 februari 1998)

Betreft: Databank voor toxische stoffen

Juist voor mensen die bijzonder gevoelig zijn voor chemische stoffen is een snelle toegang tot onontbeerlijke informatie over de verschillende stoffen van doorslaggevend belang. De beschikbaarheid van relevante gegevens versnelt ook de diagnose en mogelijke therapieën:

1. Hoe denken de lidstaten van de EU over de opzet van een internationale databank waarin toxische en extreem toxische stoffen, hun samenstelling, hun chemische formule en de soorten tegengif worden opgeslagen?

2. Overweegt de Commissie een dergelijke databank op te bouwen? Zal de Commissie eventueel financiële steun verlenen voor de opzet van een databank in de particuliere sector of aan een universiteit?

Antwoord van de heer Flynn namens de Commissie (16 maart 1998)

Toegang tot informatie over de chemische samenstelling van preparaten is belangrijk voor het waarborgen van correcte adviezen en behandeling in verband met intoxicaties of als overgevoeligheid voor een of een groot aantal chemische stoffen omschreven ernstige aandoeningen. Er bestaat reeds communautaire wetgeving ter harmonisatie van de regels in de lidstaten betreffende de etikettering, verpakking en het kenmerken van producten. Relevante inormatie kwan worden verkregen van de internationale uniforme gegevensbank voor chemische stoffen (Iuclid) die alle informatie omtrent de toxiciteit van massaal geproduceerde stoffen omvat. Deze zal binnenkort worden bijgewerkt om alle stoffen te omvatten waarvan meer dan 10 ton per jaar wordt geproduceerd. Het niet-vertrouwelijke deel van Iuclid is beschikbaar op de door het Europees Bureau voor chemische stoffen (ECB) gedistribueerde CD-ROM. Een soortgelijke, vertrouwelijke, gegevensbank bij het ECB bestrijkt nieuwe chemicaliën.

De Commissie is niet op de hoogte van verzoeken van de lidstaten om de bestaande communautaire wetgeving of regelingen te wijzigen. Vergiftigingencentra of klinische toxicologen die te maken hebben met diagnostiek, therapeutisch advies of verwijzing voor behandeling hebben toegang tot de bovengenoemde informatie. Daarnaast maken veiligheidsinformatiebladen die zijn opgesteld in overeenstemming met Richtlijn 88/379/EEG van de Raad van 7 juni 1988 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten ((PB L 187, 16.7.1988. )) het beroepsgebruikers mogelijk maatregelen te treffen met betrekking tot het milieu en de veiligheid en de gezondheid op de werkplek. Deze bladen moeten de informatie bevatten die noodzakelijk is voor de bescherming van mensen en milieu. Veiligheidsinformatiebladen worden ook geproduceerd overeenkomstig Richtlijn 67/548/EEG van de Raad van 27 juni 1967 betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen ((PB 196, 16.8.1967. )). Het internationale programma inzake chemische veiligheid, dat een gemeenschappelijke activiteit is van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) en de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) produceert "Internationale kaarten voor chemische veiligheid¨ en heeft tot dusverre 12 reeksen gepubliceerd die meer dan 1.200 stoffen bestrijken. Er zal tevens een CD-ROM worden geproduceerd.

Uit hoofde van Richtlijn 88/379/EEG zijn de lidstaten verplicht instanties aan te wijzen die verantwoordelijk zijn voor het ontvangen van informatie over gevaarlijke preparaten, met inbegrip van de chemische samenstelling daarvan. Deze informatie wordt gebruikt om tegemoet te komen aan vragen betreffende het opstellen van preventieve en curatieve maatregelen, in het bijzonder in noodgevallen.

De Commissie is van mening dat de huidige communautaire bepalingen voldoende zijn om te voldoen aan de behoefte aan informatie in noodgevallen.

De geachte afgevaardigde wordt eveneens verwezen naar schriftelijke vraag E-120/97 van de heer Fernandez Albor ((3.PB C 217, 17.7.1997. )) over de oprichting van een Europees centrum voor toxicologische informatie.