Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1940/98 van Wilfried TELKÄMPER aan de Commissie. Gemeenschappelijke verklaring EU-Nieuw-Zeeland

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1940/98 van Wilfried TELKÄMPER aan de Commissie. Gemeenschappelijke verklaring EU-Nieuw-Zeeland

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1940/98 van Wilfried TELKÄMPER aan de Commissie. Gemeenschappelijke verklaring EU-Nieuw-Zeeland

Publicatieblad Nr. C 031 van 05/02/1999 blz. 0102


SCHRIFTELIJKE VRAAG P-1940/98

van Wilfried Telkämper (V) aan de Commissie

(11 juni 1998)

Betreft: Gemeenschappelijke verklaring EU-Nieuw-Zeeland

1. Kan de Commissie mededelen of Commissielid Sir Leon Brittan bereid is zijn diensten aan te sporen de Raad eindelijk een ontwerp van gemeenschappelijke verklaring EU-Nieuw-Zeeland voor te leggen, zoals Sir Leon op aandringen van de voorzitter van de Raad en de Nieuwzeelandse minister van Buitenlandse Zaken had beloofd,

2. zo nee, of haar nalatigheid bij deze aangelegenheid te wijten is aan het feit dat zij in de toekomst haar initiatiefrecht aan anderen wil overlaten,

3. of zij er reden toe heeft om Nieuw-Zeeland anders te behandelen dan Australië, waarmee midden 1997 eveneens een gemeenschappelijke verklaring werd ondertekend?

Antwoord van Sir Leon Brittan namens de Commissie

(25 juni 1998)

1. De Commissie heeft nooit beloofd een ontwerp van gemeenschappelijke verklaring EU-Nieuw-Zeeland voor te leggen aan de Raad.

2. In elk geval beschikt de Commissie niet over een exclusief initiatiefrecht om een ontwerp van gemeenschappelijke verklaring voor te leggen aan de Raad. Bijgevolg is er geen enkele reden om te concluderen dat de Commissie eender welk van haar rechten aan anderen overlaat.

3. Algemeen gesproken, meent de Commissie dat elke afzonderlijke relatie tussen de Gemeenschap en een derde land moet worden ontwikkeld op grond van haar eigen merites en volgens de specifieke behoeften terzake, en niet louter in vergelijking met de betrekkingen met andere derde landen.