SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2119/98 van Glenys KINNOCK aan de Commissie. Unilaterale investeringssancties tegen Myanmar
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2119/98 van Glenys KINNOCK aan de Commissie. Unilaterale investeringssancties tegen Myanmar
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2119/98 van Glenys KINNOCK aan de Commissie. Unilaterale investeringssancties tegen Myanmar
Publicatieblad Nr. C 096 van 08/04/1999 blz. 0041
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2119/98
van Glenys Kinnock (PSE) aan de Commissie
(10 juli 1998)
Betreft: Unilaterale investeringssancties tegen Myanmar
Zou de Commissie maatregelen nemen tegen een lidstaat van de EU, indien deze unilaterale investeringssancties tegen Myanmar zou instellen?
Antwoord van de heer Monti namens de Commissie
(5 oktober 1998)
De Commissie deelt de bezorgdheid van het Parlement over de situatie in Birma. De Gemeenschap heeft in dit verband een aantal stappen genomen. Het gemeenschappelijke standpunt ten aanzien van Birma, dat op 28 oktober 1998 opnieuw wordt bekeken, behelst tot op heden geen maatregelen die neerkomen op een investeringsverbod.
In verband met een eventueel investeringsverbod door lidstaten moge worden opgemerkt dat investeringen door onderdanen van de Gemeenschap in andere lidstaten of in derde landen onder de definitie van kapitaalverkeer vallen in de zin van artikel 73 B e.v. van het EG-Verdrag. De communautaire regels inzake kapitaalverkeer zijn derhalve van toepassing op investeringen en investeringsverboden. Artikel 73 B verbiedt in beginsel alle beperkingen op het kapitaal- en betalingsverkeer, niet alleen tussen lidstaten, maar ook tussen lidstaten en derde landen. Bijgevolg moeten de lidstaten in principe de volledige vrijheid van kapitaalverkeer, met inbegrip van directe investeringen, met elk derde land, dus ook met Birma, handhaven.
Het Verdrag staat de lidstaten een beperkt aantal uitzonderingen op dit algemene beginsel toe. Zo bepaalt artikel 73 C, lid 1: "Het bepaalde in artikel 73 B doet geen afbreuk aan de toepassing op derde landen van beperkingen die op 31 december 1993 bestaan uit hoofde van nationaal of Gemeenschapsrecht inzake het kapitaalverkeer naar of uit derde landen in verband met directe investeringen - met inbegrip van investeringen in onroerende goederen -, vestiging, het verrichten van financiële diensten of de toelating van waardepapieren tot de kapitaalmarkten". Op 31 december 1993 bestonden geen algemene beperkingen door lidstaten op het kapitaalverkeer met Birma, die onder deze verdragsbepaling zouden vallen, behalve enkele zeldzame sectorale beperkingen (in de vervoer- en de visserijsector) die gelden voor alle derde landen. Artikel 73 G, lid 2, biedt de lidstaten de mogelijkheid om ernstige politieke redenen in spoedeisende gevallen eenzijdige maatregelen te nemen, zolang de Raad geen communautaire maatregelen heeft genomen.