Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2792/98 van Viviane REDING aan dee Raad. Vervolging van de Bahaigemeenschap in Iran

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2792/98 van Viviane REDING aan dee Raad. Vervolging van de Bahaigemeenschap in Iran

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2792/98 van Viviane REDING aan dee Raad. Vervolging van de Bahaigemeenschap in Iran

Publicatieblad Nr. C 118 van 29/04/1999 blz. 0143


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2792/98

van Viviane Reding (PPE) aan de Raad

(18 september 1998)

Betreft: Vervolging van de Bahaigemeenschap in Iran

Op 21 juli 1998 vond in Mashhad in Iran de executie plaats van Ruhollah Rawhani, Iraans burger en aanhanger van het behaigeloof, die was veroordeeld omdat hij een jonge vrouw van het islamitische tot het bahaigeloof had bekeerd.

De jonge vrouw die van kindsbeen af in het bahaigeloof is opgevoed, ontkent te zijn bekeerd. Met de veroordeelde was geen enkel contact mogelijk; de vrije keuze van een advocaat was voor hem niet mogelijk. De heer Rawhani is sinds 1992 de eerste aanhanger van het bahaigeloof die wordt geëxecuteerd. Vier geloofsgenoten zijn samen met hem gearresteerd en veroordeeld. Voor hen moet het ergste worden gevreed.

Hoe denkt de Raad over de straffeloze vervolging van Iraanse burgers in Iran enkel en alleen op grond van hun geloofsovertuiging? Welke maatregelen denkt de Raad te nemen om de dreigende executie van de vier veroordeelden te voorkomen, de internationale gemeenschap wakker te schudden en druk op de Iraanse autoriteiten uit te oefenen met het oog op de naleving van één van de meest fundamentele rechten van de mens?