Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3248/98 van Ernesto CACCAVALE aan de Commissie. Telecom-monopolie in het stedelijk telefoonverkeer

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3248/98 van Ernesto CACCAVALE aan de Commissie. Telecom-monopolie in het stedelijk telefoonverkeer

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3248/98 van Ernesto CACCAVALE aan de Commissie. Telecom-monopolie in het stedelijk telefoonverkeer

Publicatieblad Nr. C 142 van 21/05/1999 blz. 0111


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3248/98

van Ernesto Caccavale (UPE) aan de Commissie

(28 oktober 1998)

Betreft: Telecom-monopolie in het stedelijk telefoonverkeer

Telecom Italia, de marktleider in de Italiaanse telecommunicatie, heeft aangekondigd dat zij de lokale tarieven met 22 % wil verhogen en het abonnement met 11 %, ook al krijgen sommige cliënten minder in rekening gebracht. Deze prijsverhogingen hebben eens temeer de vraag doen rijzen hoe Telecom erin kan slagen een monopoliepositie te handhaven in het stedelijk telefoonverkeer, wat in schril contrast is met nieuwe aanbieders die pas sinds kort op de Italiaanse markt actief zijn en die slechts diensten verlenen voor interlokale en internationale gesprekken. Dit alles is duidelijk in het nadeel van de gebruiker-consument en vooral van de zwakkere groepen in de samenleving die het minst zullen profiteren van de toegezegde prijsverlagingen voor interlokale en internationale tarieven. Trouwens, ook deze tarieven kunnen pas volledig worden doorgevoerd wanneer het liberaliseringsproces van de communicatie verder is gevorderd.

De vraag aan de Commissie luidt:

- of zij niet van mening is dat een liberalisering van de telecommunicatie en een Telecom die goed geld verdient met de vaste tariefiëring en jaarlijks meer dan 5.000 miljard lire binnenhaalt, niet in strijd zijn met de Europese concurrentieregels,

- of, aangezien Telecom duidelijk een dominante positie inneemt op de telefoonmarkt, de verhogingen van de lokale tarieven geen misbruik betekenen van een dominante positie overeenkomstig artikel 86 van het Verdrag,

- of het niet mogelijk is om deze prijsverhoging tegen te houden, omdat dit de zoveelste klap in het gezicht van de consument is die niet bij machte is uit verschillende alternatieven te kiezen.

Antwoord van de heer Van Miert namens de Commissie

(11 december 1998)

De Commissie houdt de tariferingspraktijken van de telecommunicatieaanbieders nauwlettend in het oog in deze beginperiode waarin de markt wordt opengesteld voor concurrentie. In het kader van Richtlijn 96/19/EG van de Commissie van 13 maart 1996 tot wijziging van Richtlijn 90/388/EEG met betrekking tot de invoering van volledige mededinging op de markten voor telecommunicatie(1) wordt de lidstaten bijvoorbeeld verzocht de traditionele aanbieders toe te staan hun tarieven opnieuw in evenwicht te brengen, om een eind te stellen aan de situatie waarbij bepaalde diensten andere diensten die tegen kunstmatig lage tarieven worden aangeboden subsidiëren. Dergelijke tariferingspraktijken beperken de concurrentie omdat de potentiële nieuwe marktdeelnemers er dan geen enkel belang bij hebben om zich op dit marktsegment te werpen.

Tariefaanpassingen die zich beperken tot het toepassen van het beginsel van de kostenoriëntering, wat trouwens verplicht is uit hoofde van artikel 17, lid 2, van Richtlijn 98/10/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 1998 inzake de toepassing van Open Network Provision (ONP) op spraaktelefonie en inzake de universele telecommunicatiedienst in een door concurrentie gekenmerkt klimaat(2), vormen derhalve geen misbruik. Volgens deze richtlijn dienen de nationale regelgevende autoriteiten ervoor te zorgen dat het beginsel van de kostenoriëntering van de tarieven wordt toegepast. Dit beginsel werd opgenomen in de Italiaanse regelgeving en de Italiaanse communicatieautoriteiten onderzoeken momenteel de kostenoriëntatie en het geleidelijke herstel van het evenwicht van de Telecom Italia-tarieven.

In het kader van dit onderzoek zullen de Italiaanse communicatieautoriteiten, die in dit verband contact hebben opgenomen met de Commissie, rekening houden met de Europese concurrentievoorschriften, inzonderheid artikel 86 van het EG-Verdrag.

De Italiaanse communicatieautoriteiten dragen de volle verantwoordelijkheid voor het herstel van een evenwichtige tariefstructuur. De Commissie is niet voornemens een standpunt in te nemen ten aanzien van eventuele toegestane tariefverhogingen, op voorwaarde dat zij bijdragen tot de aanpassing van de tarieven aan de kosten.

(1) PB L 74 van 22.3.1996.

(2) PB L 101 van 1.4.1998.