Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 126/98 van Petrus CORNELISSEN aan de Commissie. Optimaal gebruik van luchtruim

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 126/98 van Petrus CORNELISSEN aan de Commissie. Optimaal gebruik van luchtruim

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0126/98

van Petrus Cornelissen (PPE) aan de Commissie

(30 januari 1998)

Betreft: Optimaal gebruik van luchtruim

1. Kan de Commissie bevestigen, dat de vertragingen in de burgerluchtvaart de laatste tijd weer zijn toegenomen en dat er aanleiding is voor zorg op dit punt?

2. Deelt de Commissie de opvatting dat een herschikking in het gebruik van het luchtruim tussen het militaire en het burgerluchtverkeer kan bijdragen aan een betere afhandeling van de burgerluchtvaart?

3. Is het waar dat op dit punt in de lidstaten van de Eurpese Unie slechts moeizaam vooruitgang wordt geboekt, ondanks de verheugende militaire ontspanning?

4. Indien het antwoord op voorgaande vragen bevestigend luidt, wil de Commissie dan nagaan hoe zij kan bijdragen aan een herschikking om te komen tot een optimaal gebruik van het luchtruim gelet op de toenemende vertragingen en de nog steeds snel groeiende burgerluchtvaart?

Antwoord van de heer Kinnock namens de Commissie

(25 maart 1998)

Uit een analyse van de statistieken welke door Eurocontrol zijn verstrekt blijkt, wanneer wij deze toespitsen op de zomerperiodes welke in het algemeen de meeste congestieproblemen opleveren, dat de vertragingen in het luchtvervoer van 1995 tot 1997 alleen maar erger zijn geworden. De gemiddelde groei van het luchtverkeer gedurende deze periodes lag steeds op 5 % op jaarbasis. De gecumuleerde vertragingen namen evenwel toe met 19 % tussen 1995 en 1996 en nog eens met 7 % tussen 1996 en 1997.

Ondanks deze negatieve trends zorgde de Central Flow Management Unit (CFMU)(1) welke sinds maart 1996 voor het gehele luchtruim van de bij de Europese burgerluchtvaartconferentie (ECSC) aangesloten staten zijn diensten heeft aangeboden om de luchtverkeersstromen te regelen (ATM), voor een betere doorstroming van het verkeer via gebieden met congestieproblemen en een billijker verdeling van de vertragingen per vlucht, hetgeen resulteerde in een beter gebruik van de beschikbare capaciteit. De toename van het aantal vertraagde vliegtuigen (+35 % tussen 1995 en 1996 en +12 % tussen 1996 en 1997) ging derhalve gepaard met een afname van de gemiddeld door die vliegtuigen opgelopen vertraging (respectievelijk -12 en -5 %).

Uit statistieken blijkt tevens dat de capaciteit van het ATM-systeem, met name tussen 1996 en 1997 (+6 %) werd vergroot, waardoor ook een bijdrage werd geleverd aan de beperking van de toename van de gecumuleerde vertragingen.

De voornaamste oorzaak van de congestie is het gebrek aan systeemcapaciteit zowel op de grond (luchthavens) als in de lucht (controlesectoren van het luchtverkeer). Andere oorzaken zijn onder meer het weer, bepaalde operaties en annuleringen wegens technische redenen of vakbondsacties. Een weinig flexibele verdeling van het luchtruim en bepaalde reserveringen van het luchtruim, voornamelijk voor militaire doeleinden, kunnen ook oorzaak zijn van vertragingen.

Men heeft al heel lang de behoefte voor een beter beheer van het luchtruim in Europa erkend. In 1992 stelde Eurocontrol een eerste reeks principes op voor een juist gebruik van het luchtruim dat leidde tot de vaststelling en goedkeuring van het concept voor een flexibel gebruik van het luchtruim (FUA) binnen het gebied van de ECAC, dat door de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) werd gesteund. De basis van dit concept is dat het luchtruim niet langer exclusief zou moeten worden toegewezen voor hetzij militair hetzij civiel gebruik, doch beschouwd zou moeten worden als iets dat op een soepele wijze kan worden benut om aan de behoeften van alle gebruikers op real-timebasis te voldoen.

Het FUA-concept wordt thans geleidelijk aan op nationaal niveau uitgevoerd door de bij de Europese burgerluchtvaartconferentie aangesloten staten en verwacht wordt dat daardoor belangrijke voordelen zullen ontstaan voor de gebruikers van het voor de burgerluchtvaart bestemde luchtruim, hoewel dit niet geheel zonder problemen zal verlopen.

De Commissie heeft reeds uitdrukking gegeven aan haar aanbevelingen op het gebied van het beleid in de mededeling van juli 1995 inzake congestie en crisissituaties in het luchtverkeer(2) en in het in maart 1996 verschenen Witboek "Openstelling van het Europese luchtruim"(3). Een van de conclusies van de Commissie was dat "het efficiënter zou zijn om het gebruik van het luchtruim in Europa voor militaire/civiele doeleinden op collectieve basis te beheren, waarbij zou worden uitgegaan van wettelijk aangegane verplichtingen waardoor zowel een billijke toegang tot het luchtruim voor militaire doeleinden wordt gegarandeerd als de vereisten van de nationale defensie in de afzonderlijke landen worden gevrijwaard".

Zoals aan het geachte parlementslid bekend zal zijn strekt de juridische bevoegdheid van de Gemeenschap zich niet uit tot kwesties als het gebruik van het luchtruim voor militaire doeleinden. Niettemin steunt de Commissie en bepleit zij dus ook de oprichting van een collectieve regeling voor het beheer van het gehele Europese luchtruim, zoals we gezien hebben bij de regulering van de luchtverkeersstromen door de CFMU. Een dergelijk systeem zou de toewijzing van het luchtruim aan de verschillende gebruikers, op civiel en militair gebied, garanderen op basis van gemeenschappelijk overeengekomen regels die verenigbaar zouden zijn met alle betrokken beleidsvormen - op het gebied van het luchtvervoer, het milieu en de defensie - waarbij niet alleen maar rekening zou worden gehouden met beperkte overwegingen van nationale aard.

De voortdurende expansie van de vraag naar vliegreizen, het chronisch voorkomen van vertragingen, de economische en milieukosten van dergelijke vertragingen, de belangen van de exploitanten, de ernstige problemen daardoor voor de passagiers en veiligheidsoverwegingen met het oog op de toekomst, staan er alle garant voor dat de vraagstukken met betrekking tot het gebruik en het beheer van het luchtruim voortdurend de aandacht zullen opeisen van allen die nationale, commerciële en technische belangen behartigen. De Commissie zal daarom haar pogingen handhaven om verbeteringen door te voeren en zal, voorzover dit juridisch mogelijk is, aandringen op veranderingen die betere prestaties en minder vertragingen tot gevolg zullen hebben.

(1) Maatregelen om de verkeersstromen te beheren bestaan uit het uitstellen van de start van een vliegtuig om er zodoende voor te zorgen dat de luchtverkeersstromen van een luchthaven beter passen bij de beschikbare routecapaciteit, of dat vluchten een andere route krijgen.

(2) COM(95) 318 def.

(3) COM(96) 57 def.