SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 415/98 van Yvan BLOT aan de Commissie. Betalingstermijnen bij handelstransacties

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0415/98 van Yvan Blot (NI) aan de Commissie (16 februari 1998)

Betreft: Betalingstermijnen bij handelstransacties

In haar mededeling over de betalingstermijnen bij handelstransacties herhaalt de Commissie de voorstellen die werden geformuleerd in de studie waarvoor zij opdracht had gegeven aan de onderneming voor de inning van schuldvorderingen "Intrum Justicia¨, die in deze kwestie rechter in eigen zaak is. In de mededeling en in het voorstel voor een richtlijn dat zij heeft aangekondigd, wil de Commissie bij geschillen gelijkgerechtigdheid geven aan de ondernemingen voor de inning van schuldvorderingen en de advocaten.

1. Kan de Commissie preciseren waarom zij tot gelijkgerechtigdheid heeft besloten en welke verbeteringen zij van deze maatregel verwacht, aangezien niet de kwaliteit en de competentie van de advocaten in het geding zijn, maar de traagheid van de nationale gerechtelijke procedures?

2. Is de Commissie van mening dat de justitiabelen dezelfde garanties krijgen, nu commerciële bedrijven worden ingeschakeld die niet aan deontologische of beroepsregels gebonden zijn?

3. Kan de Commissie meedelen op welke rechtsgrond zij haar voorstel wil baseren?

Gaat de Commissie haar rechten niet te buiten door een tekst voor te stellen die een radicale wijziging inhoudt van de rechtsorganisatie en het procesrecht van de lidstaten, hetgeen vanzelfsprekend niet tot haar bevoegdheden behoort?

4. Kan de Commissie een volledig overzicht geven van de andere methodes die kunnen worden aangewend om de termijnen voor het innen van schuldvorderingen te verkorten?

Antwoord van de heer Papoutsis namens de Commissie (5 mei 1998)

De Commissie wil er in de eerste plaats op wijzen dat zij haar verslag over betalingsachterstanden bij handelstransacties ((PB C 216 van 17.7.1997. )) heeft opgesteld ná een breed overleg, waarbij in meer dan 80% van de reacties steun werd uitgesproken voor communautaire wetgeving inzake betalingsachterstanden. Er is onder andere een open hoorzitting gehouden waarop vertegenwoordigers van verschillende beroepen, inclusief van de advocatuur, hun standpunt hebben bekendgemaakt. De Commissie heeft zich op statistische gegevens uit verschillende studies gebaseerd, maar er is geen enkele externe organisatie bij de besluitvormingsprocedure betrokken geweest.

Evenals het geachte Parlementslid is ook de Commissie van mening dat de kwaliteit en de competentie van de advocatuur niet in het geding zijn. Haar enige zorg is dat crediteuren die met achterstallige betalingen worden geconfronteerd, de mogelijkheid krijgen om met snelle, efficiënte en niet te dure verhaalprocedures betaling en schadeloosstelling af te dwingen.

De Commissie heeft besloten het vraagstuk van de concurrentie tussen advocaten en incassobureaus niet te behandelen in haar voorstel voor een richtlijn betreffende betalingsachterstanden ((COM(98) 126 def. ))