SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 790/98 van Nuala AHERN aan dee Raad. Hoog-radioactief afval bij de Dounreay-centrale in Caithness (Schotland)

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0790/98 van Nuala Ahern (V) aan de Raad (16 maart 1998)

Betreft: Hoog-radioactief afval bij de Dounreay-centrale in Caithness (Schotland)

In de "Guardian¨ van 2 februari 1998 is onthuld dat er bij de Dounreay-centrale van Caithness (Schotland) een tweede geheime schacht met meer dan 700.000 kilo hoog-radioactief afval bestaat.

Kan het Britse voorzitterschap in dit verband werk maken van de toezegging van het Ierse voorzitterschap aan het Parlement van 13 november 1996, dat de autoriteiten van de Europese Unie een milieu-audit voor deze centrale moeten houden?

Antwoord (28 mei 1998)

Sedert de toetreding van het Verenigd Koninkrijk tot de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie vallen alle door het Geachte Parlementslid genoemde installaties onder het vigerende Gemeenschapsrecht, met name onder het bepaalde in hoofdstuk 3 (bescherming van de gezondheid) en hoofdstuk 7 (veiligheidscontrole) van het Euratomverdrag.

De Raad wijst erop dat de Commissie belast is met het toezicht op de naleving van dit recht. Daartoe heeft de Commissie uit hoofde van artikel 35 van het Euratomverdrag met name toegang tot alle installaties om een voortdurende controle uit te oefenen op de radioactiviteit van de lucht, het water en de bodem, evenals om controle uit te oefenen op de inachtneming van de bij Richtlijn 96/29/Euratom ((PB L 159 van 29.06.1996, blz. 1. )) vastgestelde basisnormen. Voorts kan de Commissie, krachtens artikel 81 van het Euratomverdrag, in het kader van de veiligheidscontroles inspecteurs zenden naar het grondgebied van de lidstaten.

De Raad is van oordeel dat de Commissie op grond van de bestaande wetgevingsbepalingen, zich er, in overleg met de betrokken lidstaat, van kan vergewissen of de gezondheid van de bevolking optimaal verzekerd is.