Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1706/98 van Stéphane BUFFETAUT aan de Commissie. Interprofessionele organisaties en inperking van de concurrentie

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1706/98 van Stéphane BUFFETAUT aan de Commissie. Interprofessionele organisaties en inperking van de concurrentie

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1706/98

van Stéphane Buffetaut (I-EDN) aan de Commissie

(29 mei 1998)

Betreft: Interprofessionele organisaties en inperking van de concurrentie

In de zaak C249/91 over de beslissingen die waren genomen door het Comité Interprofessionnel des Vins Doux Naturels (CIVDN) heeft de Commissie de Franse Republiek voor het Europees Hof van Justitie gedaagd wegens het niet in acht nemen van essentiële regels van het Verdrag betreffende de Europese Unie.

De advocaat-generaal Otto Lenz heeft met name de Franse autoriteiten van onderstaande drie praktijken beschuldigd (conclusies):

- de vaststelling van prijzen van vins doux naturels op de Franse markt,

- de vaststelling van een afzetkrediet voor vins doux naturels waarboven de producenten de binnen de grenzen van de wettelijke opbrengst per hectare geproduceerde wijn niet in de handel mogen brengen, maar deze in een buffer- en rijpingsvoorraad moeten opslaan,

- de bepaling dat de wijn de wijnkelders van de producenten slechts mag verlaten na voorafgaande overlegging van een door het CIVDN afgegeven certificaat dat de registratie van de contracten bevestigt, enz.

De Franse autoriteiten hebben zich ertoe verplicht deze praktijken niet meer aan te wenden. Bijgevolg heeft de Commissie haar klacht bij het Hof ingetrokken.

In werkelijkheid werden twee van de drie gelaakte praktijken voortgezet of in een andere vorm opnieuw toegepast waarover bij de Commissie in de laatste maanden onder overlegging van bewijsstukken een formele klacht werd ingediend. Tot op heden heeft zij daaraan echter geen gevolg gegeven.

Is de Commissie van opvatting dat genoemde praktijken die in 1991 nog verwerpelijk waren, dit vandaag aan de dag niet meer zijn? Kan zij nader aanduiden welke ontwikkelingen op grond van het Verdrag betreffende de Europese Unie of de communautaire jurisprudentie een dergelijk keerpunt in haar beoordeling zouden rechtvaardigen? Kan zij in het tegenovergestelde geval mededelen hoe en wanneer zij stappen zal ondernemen bij de Franse autoriteiten?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(14 juli 1998)

Als gevolg van een nieuwe, onder nummer 98/4361 geregistreerde klacht heeft de Commissie het in de vraag van het geachte parlementslid bedoelde dossier opnieuw bestudeerd. Hierbij is gebleken dat aanvullende gegevens nodig zijn.

De klagers hebben deze door de Commissie gevraagde aanvullende informatie niet verstrekt.

Zodra de Commissie de aanvullende gegevens ontvangt, zal zij haar standpunt in deze zaak bepalen en het aan het geachte parlementslid meedelen.