Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2882/98 van de leden Niels KOFOED , Jan MULDER aan de Commissie. Vermindering van de restituties bij de uitvoer van aardappelzetmeel

SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 2882/98 van de leden Niels KOFOED , Jan MULDER aan de Commissie. Vermindering van de restituties bij de uitvoer van aardappelzetmeel

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2882/98

van Niels Kofoed (ELDR) en Jan Mulder (ELDR) aan de Commissie

(28 september 1998)

Betreft: Vermindering van de restituties bij de uitvoer van aardappelzetmeel

Het Beheerscomité voor graan heeft op 13 augustus besloten de restituties voor de uitvoer van aardappelzetmeel te verminderen met een forfaitair bedrag van 10 ecu (maisbasis), hetgeen onmiddellijk het evenwicht heeft verstoord en deze sector in een nadelige concurrentiepositie tegenover de andere zetmelen heeft geplaatst.

In het verslag van het Europees Parlement van 28 april 1998 over de verlenging van het quotasysteem voor aardappelzetmeel werd het cruciale beginsel van evenwicht tussen de verschillende types van zetmeel erkend en gesteund, en het werd bovendien bevestigd in Raadsverordening 1284/98(1) van 16 juni 1998.

Kan de Commissie in het licht van dit zeer gevoelige evenwicht en de aanstaande veranderingen in het gemeenschappelijk landbouwbeleid (Agenda 2000) antwoorden op de volgende vragen:

1. Waarom is bij de berekening van de restituties voor de uitvoer van aardappelzetmeel op 12 augustus 1998 geen rekening gehouden met dit principe van evenwicht, dat altijd een hoeksteen is geweest - en nog steeds is - van het communautair beleid inzake zetmeel?

2. Is zij bereid in de toekomst het standpunt te volgen van het Europees Parlement alsook dat van de Raad inzake onrechtvaardigheid door het gebrek aan evenwicht in de zetmeelsector?

Antwoord van de heer Fischler namens de Commissie

(28 oktober 1998)

1. Aan het besluit van 13 augustus 1998 om de uitvoerrestitutie voor aardappelzetmeel met een forfaitair bedrag van 10 ecu per ton (maïsbasis) te verlagen zonder de bedragen voor de overige zetmeelsoorten, en met name voor maïszetmeel, te wijzigen, lag de omstandigheid ten grondslag dat de marktsituatie voor maïs in de moeilijke periode tussen twee verkoopseizoenen niet erg doorzichtig was en dat vanaf medio augustus de nieuwe aardappeloogst beschikbaar was.

Met ingang van 11 september 1998 is de normale situatie van gelijkwaardige restituties voor aardappelzetmeel en maïszetmeel hersteld.

2. De Commissie brengt de inhoud in herinnering van haar verslag aan de Raad over de contingenteringsregeling voor de productie van aardappelzetmeel van 11 november 1997(2) en vestigt met name de aandacht op de volgende opmerking die zij daarin in het kader van Agenda 2000 heeft gemaakt:

"'Aangezien de prijs- en compensatieregeling voor aardappelzetmeel altijd aan die voor maïs gekoppeld was, geldt hiervoor de basisverordening voor granen en zal de regeling derhalve ook de aanpassingen voor maïs volgen die in het kader van Agenda 2000 toegepast zullen worden.'."

(1) PB L 178 van 23.6.1998, blz. 3.

(2) COM(97) 576 def.