SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3789/98 van Anita POLLACK aan de Commissie. Uitvoer van levende dieren
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 3789/98 van Anita POLLACK aan de Commissie. Uitvoer van levende dieren
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3789/98
van Anita Pollack (PSE) aan de Commissie
(11 december 1998)
Betreft: Uitvoer van levende dieren
Op 18 december 1997 besloot de Commissie haar verordening (EEG) 805/68(1) inzake de gemeenschappelijke marktorganisatie voor runds- en kalfsvlees te herzien. Wijziging van de voorwaarden voor de uitvoer van levende dieren naar derde landen omvat tevens de invoering van controles door middel van veterinaire inspecties in de plaatsen van invoer in derde landen. Kan de Commissie - nu zij weloverwogen besloten heeft om dierenwelzijnsgroeperingen geen toestemming te geven om dergelijke controles uit te voeren, ook al zijn zij de enige organisaties die bereid zijn om wreedheden bij de behandeling van uitgevoerde dieren aan de kaak te stellen - meedelen welke procedures zij in het leven geroepen heeft om de vereisten van de herziene verordening kracht bij te zetten, en hoeveel veterinaire inspecteurs voor deze werkzaamheden dienen te worden aangeworven?
Antwoord van de heer Fischler Namens de Commissie
(4 februari 1999)
In Verordening (EG) 615/98 van de Commissie van 18 maart 1998 houdende bijzondere uitvoeringsbepalingen voor het stelsel van uitvoerrestituties met betrekking tot het welzijn van levende runderen tijdens het vervoer ervan(2) is bepaald dat de uitvoerrestituties voor levende runderen slechts worden betaald als de communautaire voorschriften inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer worden nageleefd.
Alle partijen runderen die de Gemeenschap verlaten, worden op de plaats van uitgang systematisch gecontroleerd door een officieel dierenarts van de betrokken lidstaat. Voorts worden bij aankomst in het derde land controles verricht als er redenen zijn om aan te nemen dat de voorschriften niet worden nageleefd, alsmede op partijen die via risicoanalyse door de lidstaat van uitvoer zijn geselecteerd.
De controles in derde landen worden uitgevoerd door een dierenarts van een internationaal controle- en toezichtbureau dat daartoe door een lidstaat is erkend, of door een dierenarts van een officiële instantie van een lidstaat. De lidstaat die een internationaal controle- en toezichtbureau heeft erkend, moet regelmatig nagaan of dat bureau nog steeds aan de erkenningsvoorwaarden voldoet, en in elk geval wanneer er ernstige redenen zijn om te vermoeden dat dit niet meer zo is.
De Commissie verifieert hoe de nationale autoriteiten de controles op het welzijn van de dieren verrichten.
In het kader van de herstructurering van het Voedsel- en Veterinair Bureau van de Commissie is een groep van drie dierenartsen opgericht. Een van hen is reeds geruime tijd op dit gebied werkzaam en de andere twee zullen binnenkort uit de kandidatenlijst in dienst worden genomen.
(1) PB L 148 van 28.6.1968, blz. 24.
(2) PB L 82 van 19.3.1998.