SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 76/99 van Yvonne SANDBERG-FRIES Relatie van de Commissie met haar voorlichtingskantoor in Zweden

SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0076/99

van Yvonne Sandberg-Fries (PSE) aan de Commissie

(20 januari 1999)

Betreft: Relatie van de Commissie met haar voorlichtingskantoor in Zweden

Meer dan een jaar geleden heeft het hoofd van de voorlichtingskantoor van de Commissie in Zweden een brief geschreven aan de voorzitter van de Zweedse Rijksdag en daarin vraagtekens gezet bij uitspraken die leden van de Rijksdag in de Zweedse media hadden gedaan over EU-belasting. Het optreden van het voorlichtingskantoor van de Commissie kreeg in de Zweedse media veel aandacht. In een brief aan de Zweedse eerste minister oefent de voorzitter van de Commissie kritiek op een uitspraak die de eerste minister zou hebben gedaan in een vraaggesprek met een Zweeds actualiteitenprogramma. Zulks nadat het Europees Parlement onregelmatigheden en beweerde gevallen van fraude binnen de Commissie in de openbaarheid had gebracht. In de brief wordt verwezen naar een standpunt dat de Zweedse eerste minister nooit heeft ingenomen. Als rechtstreeks gevolg van deze interpretatie en/of vertaalfout die oorspronkelijk is gemaakt bij het kantoor van de Commissie in Zweden, heeft de brief van de voorzitter van de Commissie in de Zweedse media veel aandacht gekregen.

Is de Commissie, dit alles in overweging nemende, van mening dat haar voorlichtingskantoor in Zweden bevredigend functioneert?

Gecombineerd Antwoord

van de heer Santer namens de Commissie op de schritftelijke vragen E-0075/99 en P-007699

(25 februari 1999)

Zoals het geachte parlementslid al opmerkt, heeft de voorzitter van de Commissie een persoonlijke brief gezonden aan de Zweedse minister-president, de heer Göran Persson. Het lag geenszins in de bedoeling van de voorzitter van de Commissie staatshoofden of regeringsleiders het recht te ontzeggen uitspraken te doen over informatie in de pers met betrekking tot het functioneren van de Commissie. Hij wilde zijn collega slechts zijn mening geven over bepaalde verklaringen waarop zijn aandacht was gevestigd. Daarbij heeft hij duidelijk gemaakt dat zijn opmerkingen waren gebaseerd op de veronderstelling dat de verklaring die aan de minister-president werd toegeschreven, correct was weergegeven. De Zweedse minister-president heeft vervolgens in zijn antwoord op de brief van de voorzitter de zaken verduidelijkt.