SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1892/99 van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Commissie. Communautair initiatief URBAN.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1892/99 van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Commissie. Communautair initiatief URBAN.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1892/99 van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Commissie. Communautair initiatief URBAN.
Publicatieblad Nr. 170 E van 20/06/2000 blz. 0116 - 0117
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1892/99
van Daniel Varela Suanzes-Carpegna (PPE-DE) aan de Commissie
(29 oktober 1999)
Betreft: Communautair initiatief URBAN
Op verzoek van het Europees Parlement wordt het communautair initiatief URBAN gedurende de periode 2000-2006 voortgezet. Het EP verzocht tevens dit communautaire initiatief te bestemmen voor de kleine en middelgrote steden in de EU.
Kan de Commissie mededelen hoe zij dit verzoek van het EP denkt te concretiseren en of het bestaande minimumaantal inwoners van 100.000 als algemene regel in de toekomst als plafond zal gelden om voor het initiatief in aanmerking te komen?
Antwoord van de heer Barnier namens de Commissie
(1 december 1999)
In de ontwerp-richtsnoeren voor het communautaire initiatief URBAN die de Commissie op 13 oktober 1999 heeft goedgekeurd(1), is duidelijk aangegeven dat steden niet langer een minimale bevolking dienen te hebben om voor dit initiatief in aanmerking te komen. Het enige wat de Commissie vraagt, is dat elke betrokken stadszone ten minste 10.000 inwoners telt.
Overeenkomstig de wens van het Parlement kunnen de lidstaten dus kleine en middelgrote steden voorstellen, en uiteraard ook grotere.
(1) COM(1999) 477 def.