Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0980/00 van Hartmut Nassauer (PPE-DE) aan de Commissie. Discriminerende bepalingen in het vermogensrecht van meerdere kandidaat-lidstaten.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0980/00 van Hartmut Nassauer (PPE-DE) aan de Commissie. Discriminerende bepalingen in het vermogensrecht van meerdere kandidaat-lidstaten.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0980/00 van Hartmut Nassauer (PPE-DE) aan de Commissie. Discriminerende bepalingen in het vermogensrecht van meerdere kandidaat-lidstaten.

Publicatieblad Nr. 072 E van 06/03/2001 blz. 0012 - 0012


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0980/00

van Hartmut Nassauer (PPE-DE) aan de Commissie

(31 maart 2000)

Betreft: Discriminerende bepalingen in het vermogensrecht van meerdere kandidaat-lidstaten

Met de toetreding tot de Europese Unie geldt voor de huidige kandidaat-lidstaten een vermogensrecht dat in overeenstemming is met het acquis communautaire. Dit houdt in dat discriminerende bepalingen, met name op het gebied van het restitutie- en het privatiseringsrecht, beschouwd moeten worden als strijdig met het Gemeenschapsrecht.

Tot dusverre heeft de Commissie nog geen allesomvattend antwoord gegeven op de vraag in hoeverre het privatiserings-, schadeloostellings- en restitutierecht in de landen die toetreding tot de Europese Unie nastreven, rechtmatig is. Deelt de Commissie de opvatting dat een Witboek over deze materie, die alle kandidaat-lidstaten aangaat, zou bijdragen tot meer rechtszekerheid?

Gecombineerd Antwoord van de heer Verheugen namens de Commissie op de schritftelijke vragen E-0980/00, E-0981/00 en E-0982/00

(15 mei 2000)

Het EG-Verdrag bepaalt dat het de regeling van het eigendomsrecht in de lidstaten onverlet laat (artikel 295 ex-artikel 222). De Commissie is bijgevolg niet bevoegd om tussen te komen in kwesties die verband houden met de teruggave van eigendom in een huidige of toekomstige lidstaat.

De Commissie is dan ook niet van plan om een Witboek over deze kwestie te publiceren.

Om bovengenoemde redenen is het niet aan de Commissie een standpunt in te nemen ten aanzien van de specifieke gevallen die door de geachte Afgevaardigde aan de orde zijn gesteld.