Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1091/00 van Inger Schörling (Verts/ALE) aan de Commissie. Vrij verkeer voor ambtenaren.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1091/00 van Inger Schörling (Verts/ALE) aan de Commissie. Vrij verkeer voor ambtenaren.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1091/00 van Inger Schörling (Verts/ALE) aan de Commissie. Vrij verkeer voor ambtenaren.

Publicatieblad Nr. 026 E van 26/01/2001 blz. 0154 - 0155


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1091/00

van Inger Schörling (Verts/ALE) aan de Commissie

(7 april 2000)

Betreft: Vrij verkeer voor ambtenaren

Onlangs werd er in een Zweeds televisieprogramma aandacht aan besteed hoe een Zweedse vrouw die drie jaar bij een van de EU-instellingen had gewerkt en toen besloot naar Zweden terug te keren bij terugkomst merkte dat zij geheel buiten het socialeverzekeringsstelsel stond en werd behandeld alsof zij zich voor het eerst in het land vestigde. Nadat zij haar spaargeld uit haar tijd als EU-ambtenaar had opgemaakt, moest zij in afwachting van het vinden van een baan van een sociale uitkering leven.

Er kunnen veel oorzaken voor zijn dat zelfs goedbetaalde ambtenaren ervoor kiezen om naar hun land van herkomst terug te gaan en het moet uiteraard eenieder vrij staan om die keuze te maken. Wat echter geen goed gevoel geeft, is dat EU-ambtenaren zich gedwongen moeten voelen om te blijven waar ze zijn omdat ze in de nationale systemen zijn afgeschreven, zonder in plaats daarvan het een of andere alternatieve zekerheidsstelsel te hebben om op terug te vallen.

Wat denkt de Commissie te ondernemen ter vergemakkelijking van het vrije verkeer, ook voor EU-ambtenaren?

Antwoord van mevrouw Diamantopoulou namens de Commissie

(31 mei 2000)

De Gemeenschapswetgeving voorziet niet in een geharmoniseerd Europees socialezekerheidsstelsel. Elke lidstaat is verantwoordelijk voor het eigen stelsel en beslist over het soort uitkeringen, de uitkeringsvoorwaarden en de hoogte van de uitkeringen. In het algemeen kennen nationale socialezekerheidsstelsels geen werkloosheidsuitkeringen toe aan mensen die hun arbeidsbetrekking zelf beëindigen.

Ambtenaren en andere personeelsleden van de Gemeenschappen zijn aangesloten bij een socialezekerheidsstelsel dat is ingesteld door de Raad krachtens artikel 15 van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Gemeenschappen. De bepalingen inzake de uitkeringen van dit stelsel staan in het personeelsstatuut.

De socialezekerheidsstelsels voor ambtenaren van de instellingen vallen niet onder de communautaire bepalingen betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels van de lidstaten krachtens Verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op loontrekkende en hun gezinnen, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen(1) en Verordening (EEG) nr. 574/72 van de Raad van 21 maart 1972 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EEG) nr. 1408/71(2)(3). Er bestaat evenwel een aantal overgangsregelingen voor ambtenaren die stoppen met werken. Er dient onderscheid te worden gemaakt tussen ambtenaren, tijdelijke functionarissen en hulpfunctionarissen.

Bij ontslagneming ontvangen ambtenaren geen werkloosheidsuitkering of gezinstoelagen, en hun ongevallenverzekering wordt beëindigd. Gedurende een periode van ten hoogste zes maanden na ontslagneming kunnen zij bij de ziektekostenverzekering aangesloten blijven, teneinde zich bij een nationale ziektekostenverzekering te kunnen aansluiten. Zij ontvangen een pensioen vanaf de leeftijd van 50 (of 60) jaar, of krijgen, indien ze minder dan tien jaar voor de Europese instellingen hebben gewerkt, een eenmalig bedrag bij vertrek. Tevens heeft de ambtenaar de mogelijkheid pensioenrechten over te dragen naar het pensioenstelsel van een andere overheid of organisatie, indien er tussen die overheid of organisatie en de Gemeenschap een overeenkomst is gesloten. Tijdelijke functionarissen hebben, in bepaalde omstandigheden en in de meeste lidstaten, de mogelijkheid om, terwijl ze in dienst zijn van de instellingen en onder de socialezekerheidsstelsels voor ambtenaren van de instellingen vallen, gedeeltelijk bij hun nationale socialezekerheidsstelsels aangesloten te blijven. Aan het eind van hun contract ontvangen zij, indien ze niet direct ander werk vinden, gedurende een periode van ten hoogste twee jaar een werkloosheidsuitkering en gezinstoelagen, en zijn ze verzekerd tegen ziektekosten. Indien ze tijdens de looptijd van hun contract ontslag nemen, gelden voor hen dezelfde regels als voor ambtenaren.

Hulpfunctionarissen vallen niet onder de socialezekerheidsstelsels voor ambtenaren van de Europese instellingen, maar sluiten zich aan bij het wettelijk socialezekerheidsstelsel van de lidstaat waar ze vóór het opnemen van hun werkzaamheden voor de instellingen waren verzekerd of bij het stelsel van hun lidstaat van herkomst. Als zodanig gelden voor hen ten volle de hierboven genoemde communautaire bepalingen inzake coördinatie.

De Commissie is van mening dat de regels voor communautaire ambtenaren, zoals hierboven uiteengezet, geen belemmering voor het recht op vrij verkeer vormen.

(1) PB L 149 van 5.7.1971.

(2) PB L 74 van 27.3.1972.

(3) Laatste geconsolideerde versie: Verordening (EG) nr. 118/97 van de Raad PB L 28 van 30.1.1997.