SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1728/00 van Ioannis Souladakis (PSE), Ulpu Iivari (PSE) en Michel Rocard (PSE) aan de Raad. Bescherming van auteursrechten op Europese muziek in de VS.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1728/00 van Ioannis Souladakis (PSE), Ulpu Iivari (PSE) en Michel Rocard (PSE) aan de Raad. Bescherming van auteursrechten op Europese muziek in de VS.
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1728/00 van Ioannis Souladakis (PSE), Ulpu Iivari (PSE) en Michel Rocard (PSE) aan de Raad. Bescherming van auteursrechten op Europese muziek in de VS.
Publicatieblad Nr. 072 E van 06/03/2001 blz. 0106 - 0106
SCHRIFTELIJKE VRAAG E-1728/00
van Ioannis Souladakis (PSE), Ulpu Iivari (PSE) en Michel Rocard (PSE) aan de Raad
(5 juni 2000)
Betreft: Bescherming van auteursrechten op Europese muziek in de VS
Op grond van de bestaande wetgeving in de VS behoeven restaurants, bars en dergelijke ondernemingen in dit land geen auteursrechtvergoeding te betalen voor de muziek die in deze zaken ten gehore wordt gebracht. Als gevolg daarvan derft de Europese muziekindustrie de vergoeding voor de auteursrechten op haar muziek. Onlangs beschuldigde de WTO de VS van schending van de internationale normen inzake muziekauteursrechten. Tot op heden zijn in de VS maatregelen ter correctie van deze situatie achterwege gebleven. Daarom lopen de Europese muziekproducenten nog steeds aanzienlijke inkomsten mis.
Welke maatregelen overweegt de Raad ter bescherming van de auteursrechten op Europese muziek die op de hierboven vermelde plaatsen in de VS ten gehore wordt gebracht?
Antwoord
(28 september 2000)
Het probleem dat door de geachte afgevaardigde aan de orde wordt gesteld, betreft sectie 110 (5) van de Amerikaanse wet inzake auteursrechten (Copyright Act), zoals gewijzigd bij de Fairness in Music Licensing Act die op 27 oktober 1998 in werking is getreden. De EG en haar lidstaten hebben zich consequent beijverd om deze wet te doen wijzigen teneinde de belangen van Europese zangers en liedjesschrijvers in de Verenigde Staten effectief te beschermen.
Meer bepaald hebben de EU en haar lidstaten in het kader van de WTO gevraagd en verkregen dat een panel wordt opgezet uit hoofde van artikel 6 van het Memorandum van overeenstemming inzake de regels en procedures betreffende de beslechting van geschillen en artikel 64, lid 1, van de Overeenkomst inzake handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIP's-overeenkomst). Het panel heeft een verslag opgesteld dat op 15 juni 2000 is verspreid.
In zijn verslag concludeert het panel dat bepaalde onderdelen van de bedoelde Amerikaanse wetgeving strijdig zijn met de vereisten van de TRIP's-overeenkomst en het beveelt aan dat het Orgaan voor geschillenbeslechting van de WTO de Verenigde Staten verzoekt de wet in overeenstemming te brengen met de verplichtingen van de VS uit hoofde van de TRIP's-overeenkomst.
Een partij bij het geschil beschikt over zestig dagen vanaf de datum waarop het verslag is verspreid, om bij de Beroepsinstantie van de WTO beroep aan te tekenen. Deze termijn verstrijkt op 14 augustus 2000. De Raad zal dan in staat zijn de balans op te maken van de situatie en met name in het Comité van artikel 13 na te gaan hoe de Europese belangen in deze aangelegenheid overeenkomstig de WTO-regels het best kunnen worden behartigd.