SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2429/00 van Gorka Knörr Borràs (Verts/ALE) aan de Commissie. Uitbreiding EU en regio's.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-2429/00

van Gorka Knörr Borràs (Verts/ALE) aan de Commissie

(18 juli 2000)

Betreft: Uitbreiding EU en regio's

Het antwoord op mijn schriftelijke vraag E-1178/00(1) over dit onderwerp verwijst in de eerste paragraaf naar het antwoord van de Commissie aan mevrouw Evans (H-666/99)(2). Zoals de Commissie wel weet, staat in de tweede paragraaf van artikel 190 van het Verdrag van de EG dat het in elke lidstaat gekozen aantal vertegenwoordigers dient een passende vertegenwoordiging van de volkeren van de in de Gemeenschap verenigde staten te waarborgen.

Meent de Commissie dat de vertegenwoordiging passend kan zijn wanneer nu bij de onderhandelingen wordt gestreefd naar het verminderen van de vertegenwoordiging van de Spaanse staat van 64 naar 46 zetels, gelet op het stelsel van evenredige vertegenwoordiging dat in Spanje gehanteerd wordt voor de verkiezingen voor het Europees Parlement?

(1) PB C 46 E van 13.2.2001, blz. 139.

(2) Schriftelijk geantwoord op 16.11.1999.

Antwoord van de heer Prodi namens de Commissie

(17 oktober 2000)

De Commissie herinnert eraan dat het vraagstuk van de parlementaire vertegenwoordiging is geregeld door het Verdrag van Amsterdam (artikel 189 van het EG-Verdrag), waarbij het maximale aantal leden van het Parlement op 700 wordt vastgesteld.

Het Parlement heeft in zijn resolutie van 13 april 2000 betreffende het verslag inzake de voorstellen van het Parlement met het oog op de Intergouvernementele Conferentie (IGC) (verslag-Dimitrakopouloulos/Leinen) de criteria vastgesteld voor de verdeling van de zetels wanneer er een uitbreiding van de Unie zal plaatsvinden. De Commissie moet zich in dat verband neerleggen bij de besluiten van het Parlement. Zij kan uiteraard niet vooruitlopen op de standpunten die de lidstaten eventueel tijdens de IGC zullen innemen.

Overigens valt het kiesstelsel in alle lidstaten op het ogenblik onder de nationale wetgeving.