Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3285/00 van Cristiana Muscardini (UEN) en Gianfranco Fini (UEN) aan de Raad. Strijd tegen pedofilie.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3285/00 van Cristiana Muscardini (UEN) en Gianfranco Fini (UEN) aan de Raad. Strijd tegen pedofilie.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3285/00 van Cristiana Muscardini (UEN) en Gianfranco Fini (UEN) aan de Raad. Strijd tegen pedofilie.

Publicatieblad Nr. 136 E van 08/05/2001 blz. 0220 - 0220


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-3285/00

van Cristiana Muscardini (UEN) en Gianfranco Fini (UEN) aan de Raad

(25 oktober 2000)

Betreft: Strijd tegen pedofilie

Het verschijnsel van de pedofilie neemt al maar ernstiger en verontrustender vormen aan, mede door toedoen van het Internet, waarvoor nog steeds geen regels bestaan die een correct gebruik ervan waarborgen.

Onlangs is gebleken dat de website www.unioneuropea.com een van de zovele pornografische sites blijkt te zijn die gebruik maken van een officiële benaming.

Wat is de Raad van plan om de officiële benamingen van de EU tegen misbruik te beschermen?

Hoe kunnen de minderjarigen worden beschermd tegen criminele organisaties die officiële benamingen van de EU misbruiken voor het verspreiden van pedofiel en pornografisch materiaal?

Acht de Raad het niet wenselijk dat in de elektronische post van de EU-instellingen een vermelding wordt opgenomen waarin erop wordt gewezen dat deze de verspreiding van de pedofilie via het Internet willen bestrijden?

Gecombineerd Antwoord op de schritftelijke vragen E-3285/00 en P-3312/00

(20/21 december 2000)

Zoals de Raad reeds in antwoord op eerdere vragen over dit onderwerp heeft verklaard (1), hecht hij veel belang aan de bestrijding van de seksuele exploitatie van kinderen en met name aan de bestrijding van kinderpornografie op Internet. De aanneming door de Raad van 29 mei 2000 van een besluit ter bestrijding van kinderpornografie op Internet(2) getuigt hiervan.

Met dit besluit dat het resultaat van een initiatief van Oostenrijk is, wordt beoogd de productie, de verwerking, de verspreiding en het bezit van kinderpornografie te bestrijden, en te garanderen dat strafbare feiten op dit gebied efficiënt worden opgespoord en vervolgd.

Het geachte parlementslid zij er tevens op gewezen dat de Raad bij de aanneming van dit besluit de volgende verklaring heeft afgelegd:

De Raad is ingenomen met het advies van het Europees Parlement, dat bekendgemaakt is als de Wetgevingsresolutie betreffende het initiatief van de Republiek Oostenrijk met het oog op de aanneming van een besluit van de Raad ter bestrijding van kinderpornografie op het Internet. Behalve de amendementen die door de Raad reeds in het besluit zijn overgenomen, bevat het advies een aantal belangrijke punten in verband met materieel strafrecht en strafprocesrecht. De Raad, die zich ervan bewust is dat onmiddellijke maatregelen tegen de kinderpornografie op het Internet dringend geboden zijn, verklaart zich bereid zulke punten te bespreken in het licht van Gemeenschappelijk Optreden 97/154/JBZ van 24 februari 1997 en aan de hand van voorstellen, waarvan hij verwacht dat ze bij hem zullen worden ingediend.

(1) Zie met name het antwoord op mondelinge vraag H-0654/00 van Brian Crowley aan de Raad over het illegaal gebruik van Internet.

(2) PB L 138 van 9.6.2000, blz. 1.