Home

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4065/00 van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Raad. Imperking van de vrijheid van meningsuiting door belemmering van grensoverschrijdend personenverkeer tijdens de top van Nice.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4065/00 van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Raad. Imperking van de vrijheid van meningsuiting door belemmering van grensoverschrijdend personenverkeer tijdens de top van Nice.

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4065/00 van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Raad. Imperking van de vrijheid van meningsuiting door belemmering van grensoverschrijdend personenverkeer tijdens de top van Nice.

Publicatieblad Nr. 235 E van 21/08/2001 blz. 0054 - 0055


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4065/00

van Erik Meijer (GUE/NGL) aan de Raad

(15 januari 2001)

Betreft: Imperking van de vrijheid van meningsuiting door belemmering van grensoverschrijdend personenverkeer tijdens de top van Nice

1. Kan de Raad bevestigen dat aan de aanwezigheid van burgers van Europese lidstaten in de Franse stad Nice voorafgaand aan en tijdens het aldaar gehouden topoverleg op 7 tot 10 december ernstige beperkingen zijn opglegd, onder meer door ze in grote aantallen tegen te houden aan de Frans-Italiaanse grens en de toegang tot de stad Nice te beperken?

2. Acht de Raad de in vraag 1 bedoelde gang van zaken in overeenstemming met de verwachtingen die hij heeft willen oproepen door het in Nice afkondigen van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie?

3. Is de Raad het met mij eens dat een democratische besluitvorming niet kan plaatsvinden zonder belangstelling en betrokkenheid van burgers, die daarbij de gelegenheid moeten hebben om in het openbaar blijk te geven van hun mening?

4. Hoe beoordeelt de Raad het feit dat inwoners van andere lidstaten dan de lidstaat waar de bijeenkomst plaatsvindt worden achtergesteld in hun mogelijkheden om ter plekke hun mening te uiten, als gevolg van het feit dat zij eerst een van de binnengrenzen van de Europese Unie moeten overschrijden?

5. Zijn de binnengrenzen van de Europese Unie wel open voor goederen en diensten, maar niet voor demonstranten?

6. Kan de Raad garanderen dat dit de laatste keer is geweest dat dergelijke beperkingen worden opgelegd aan de participatie van geïnteresseerde inwoners van lidstaten van de Europese Unie in het democratische proces van publieke voorbereiding van de besluitvorming?

Antwoord

(7 mei 2001)

De Raad attendeert het geachte parlementslid op artikel 2, lid 2, van de Schengenuitvoeringsovereenkomst, waarin wordt bepaald dat, wanneer de openbare orde of de nationale veiligheid vergen dat onverwijld wordt opgetreden, een lidstaat kan besluiten dat gedurende een beperkte periode aan de binnengrenzen nationale grenscontroles worden uitgeoefend.

De Raad wijst ook op de mogelijkheid dat het vrije verkeer van personen uit hoofde van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (VEG) en de uitoefening van de grondrechten gewaarborgd door het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM), in sommige gevallen wordt beperkt (zie artikel 64, lid 1, van het VEG en de artikelen 10, lid 2, en 11, lid 2, van het EVRM).

Overeenkomstig besluit SCH/Com-ex (95) REV 2 van 20 december 1995 van het Uitvoerend Comité ingesteld bij de Schengenuitvoeringsovereenkomst, dat in het kader van de Europese Unie is opgenomen, had de Franse regering de Raad in kennis gesteld van zijn besluit om de controles aan de grens tussen Frankrijk en Italië van 2 tot en met 10 december 2000 opnieuw in te stellen.

Hoe het ook zij; de Raad herinnert het geachte parlementslid eraan dat de verantwoordelijkheid voor de bescherming van de openbare orde en de binnenlandse veiligheid van de lidstaten van de Unie valt onder de bevoegdheid van de autoriteiten van iedere lidstaat. Het ligt dus niet op de weg van de Raad zich uit te spreken over een aangelegenheid die niet onder zijn bevoegdheid valt.